Der Untergang einer Kulturstätte steht kurz bevor, und es ist dies ein Zeichen niedrigster Gesinnung der Menschen, die dafür verantwortlich sind. Es ist kein Mensch ohne Fehl, und es ist gewissermaßen Leid und Elend eine Notwendigkeit geworden, um die Menschheit zum Besinnen auf sich selbst zu veranlassen, jedoch die Anstifter dieses Leides werden Gottes Strafe finden, und sie haben wenig Erbarmen zu erhoffen, denn es leiden Tausende von unschuldigen Menschen, und sie werden des Lebens beraubt, das ihnen geistigen Fortschritt eintragen sollte und nun vorzeitig beendet wird. Der Tag ist nicht mehr fern, da Gott Seine strafende Hand ausstreckt und der Menschheit Seine Allmacht beweist. Er ist dort, wo größte Not ist und wo Er in gläubigem Gebet um Hilfe angegangen wird. Unzählige Leben aber werden beschlossen sein, denn es wütet der Widersacher und zerstört alles, um maßlose Verwirrung anzurichten unter der Menschheit. Und es wird ihm dies gelingen, aber es wird das Unrecht so klar zutage treten, daß kein Zweifel bleibt, welche Kraft sich auf Erden äußert. Und das ist der Zeitpunkt, da sich das Weltgeschehen ändern wird.... Es ist nun die Stunde der Heimsuchung gekommen, die Stunde, da Gott Selbst zu den Menschen spricht mit eherner Stimme.... auf daß Er gehört wird von der Welt. Und nun ist ein Chaos ohnegleichen.... Es werden auseinandergerissen werden, die sich lieben; das Leid wird groß sein, und eine Zeit größter Not bricht herein über die Menschen, vor deren Augen ein Zerstörungswerk sich vollzieht, das nur mit dem Walten einer ewigen Gottheit erklärt werden kann. Es gehört ein starker Glaube dazu, dann Gott-ergeben zu bleiben, denn die Größe des Unglücks läßt die Schwachgläubigen noch wankender werden im Glauben, denn nun zweifeln sie gar die Allmacht und Gerechtigkeit Gottes an, weil sie in ihrer Blindheit nicht fassen können, daß des Herrn Wege anders sind als die Wege des Menschen. Und es ist dies eine starke Prüfung für diese, und in Erwartung der Dinge, die Gott über die Menschen sendet.... weil sie das gleiche anstreben, jedoch nicht das geistige Leben der Menschen beachten, sondern nur irdische Beweggründe sie zu teuflischem Handeln veranlassen.... wird sich die Menschheit zuvor hilfesuchend an Gott wenden müssen und Ihn bitten um Erbarmen, so der Tag gekommen ist. Und also wird Gott das, was der Widersacher anstrebt, zum Besten wandeln für die Ihm treu ergebenen Seelen. Und es wird vernichtet werden, was Tausende von Jahren bestanden hat; es wird die Welt ein Schauspiel erleben, das für die Menschen unvergeßlich bleiben wird, denn es beraubt dieser Tag unzählige Menschen ihres Besitzes; es werden die Menschen keinen inneren Frieden mehr haben, sie werden immer und immer wieder jenes Ereignisses gedenken, das kurz bevorsteht und durch Gottes Liebe und Barmherzigkeit abgeschwächt werden kann in seinen Folgen für die Menschen, die Ihm ergeben sind. Denn diesen ist ein Amt aufgetragen nach der Zeit der Zerstörung.... Um dieses Amtes walten zu können, müssen sie durch das Eintreffen des vorher Angekündigten gestärkt sein im Glauben, denn der Glaube ist zuerst erforderlich, um mit Erfolg arbeiten zu können für das Reich Gottes und aufzubauen, was der Widersacher zerstört hat....
Amen
ÜbersetzerDe ondergang van een beschaving staat kort voor de deur en dit is een teken van de laagste gezindheid van de mensen, die daarvoor verantwoordelijk zijn. Er is geen mens zonder gebrek en leed en ellende zijn in zekere zin een noodzakelijkheid geworden om de mensheid aanleiding te geven over zichzelf na te denken. Maar de aanstichters van dit leed zullen Gods straf krijgen en ze mogen niet op veel medelijden hopen, want duizenden onschuldige mensen lijden en ze worden van het leven beroofd, dat hen geestelijke vooruitgang op had moeten leveren en nu voortijdig beëindigd wordt.
De dag is niet ver meer weg, dat God Zijn straffende hand uitstrekt en de mensheid Zijn almacht bewijst. Hij is daar, waar de grootste nood is en waar Hij in gelovig gebed om hulp gevraagd wordt. Maar ontelbare levens zullen beëindigd worden, want de tegenstander gaat woest tekeer en verwoest alles om mateloze verwarring onder de mensheid te stichten. En dit zal hem lukken, maar het onrecht zal zo duidelijk aan de licht komen, dat er geen twijfel zal bestaan over welke kracht op aarde tot uiting komt.
En dat is het tijdstip, waarop het wereldgebeuren zal veranderen. Het moment van de kwelling is nu gekomen. Het moment, dat God Zelf met een onverzettelijke stem tot de mensen spreekt, zodat Hij door de wereld gehoord wordt. En nu is het een chaos zonder gelijke. Mensen die elkaar liefhebben, zullen uit elkaar gerukt worden. Het leed zal groot zijn en een tijd van de grootste nood zal aanbreken over de mensen voor wier ogen zich een werk van verwoesting voltrekt, dat alleen maar door het werkzaam zijn van een eeuwige Godheid verklaard kan worden.
Er is een sterk geloof nodig om God toegedaan te blijven, want de grootte van de rampspoed laat de zwakgelovigen nog wankeler in het geloof worden, want nu trekken ze helemaal de almacht en rechtvaardigheid van God in twijfel, omdat ze in hun blindheid niet kunnen begrijpen, dat de wegen van Heer anders zijn dan de wegen van de mens. En voor hen is het een sterke beproeving en in afwachting van de dingen, die God over de mensen laat komen, omdat ze hetzelfde nastreven, maar niet op het geestelijke leven van de mens letten, maar enkel aardse beweegredenen hen tot een duivels handelen brengt, zal de mensheid zich eerst hulpzoekend tot God moeten wenden en Hem moeten smeken om erbarming, als de dag gekomen is. En zo zal God dat, wat de tegenstander nastreeft, tot het beste veranderen voor de zielen, die Hem trouw toegenegen zijn.
En wat duizenden jaren bestaan heeft, zal verwoest worden. De wereld zal een schouwspel beleven, dat voor de mensen onvergetelijk zal blijven, want deze dag berooft talloze mensen van hun bezit. De mensen zullen geen innerlijke vrede meer hebben. Ze zullen steeds weer aan deze gebeurtenis denken, die kort voor de deur staat en door Gods liefde en barmhartigheid in zijn gevolgen afgezwakt kan worden voor de mensen, die Hem toegenegen zijn. Want hun wordt een taak opgedragen na de tijd van de verwoesting. Om deze taak te kunnen vervullen, moeten ze door het werkelijkheid worden van het vooraf aangekondigde sterker staan in het geloof, want het geloof is in de eerste plaats noodzakelijk om met succes voor het rijk van God te kunnen werken en op te bouwen, wat de tegenstander verwoest heeft.
Amen
Übersetzer