• Zurück

Zusammenschluß mit Gott auf Erden.... Überwinden jeglicher Begierden....

Das mit Gott verbundene Wesen erkennt seine Bestimmung, denn es ist sich seines Ausganges bewußt und strebt dem letzten Ziel, der Vereinigung mit Gott, entgegen. Es ist also schon im letzten Stadium gewillt, seinen Widerstand gegen Gott aufzugeben, und dieser Wille trägt ihm die vollste Liebe Gottes ein, die sich nun so äußert, daß der Mensch gelenkt wird dem letzten Ziel entgegen, daß es ungehindert den Weg nach oben zurücklegen kann. Es ist ein solcher Erdenlebensweg nicht so beschwerlich, denn da der Wille zu Gott drängt und das Wesen bereit ist zu dienen, ist der Kampf nicht mehr vonnöten, der eigentlich nur den Willen zu Gott richten soll. Sucht nun aber der Mensch den Zusammenschluß mit Gott auf Erden, so hat es jeglichen Widerstand aufgegeben und braucht daher auch niemals ankämpfen gegen die Versuche des Widersachers, den Willen zurückzugewinnen. Er ist nun zurückgekehrt zu Gott und lebt das Leben nur noch, um sich völlig zu entschlacken von dem, was noch irdisch ist an ihm. Denn der Wille zu Gott kann wohl sehr stark sein, es kann aber auch noch die Welt den Menschen gefangennehmen. Das Verlangen danach muß aber gänzlich überwunden sein, ehe die restlose Vereinigung mit Gott stattfinden kann. Und daher muß das Erdenleben genützt werden, um sich frei zu machen von jeglicher Begierde. Ist das Verlangen nach Gott vorherrschend, so wird es keine große Mühe kosten, ist aber das Verlangen zur Welt noch stark, so werden dem Menschen noch Kämpfe beschieden sein, und daher wird leiden müssen, wer noch nicht innig genug mit Gott verbunden ist, und still und friedlich wird den Erdenweg gehen dürfen, dessen Verlangen nur Gott und der Vereinigung mit Ihm gilt. Und so ist der Leidenszustand gleichzeitig die beste Kontrolle für eigenes Begehren.... So der Mensch noch leiden muß, ist er noch nicht völlig entschlackt. Gott aber hilft ihm, sich frei zu machen von irdischen Begierden, und weiset ihn durch das Leid auf das Falsche seines Verlangens hin. Er will es dem Menschen leichtmachen, noch das letzte irdische Verlangen auszumerzen, Er will durch das Leid des Menschen Denken hinlenken zu Sich Selbst, so daß bald nur geistige Gedanken ihn bewegen und nun kein Hindernis mehr besteht zur letzten Vereinigung mit Gott. Und also werdet ihr nur zur Höhe gelangen können, wenn ihr euch des öfteren verbindet mit dem himmlischen Vater, wenn ihr über alles Irdische hinweg zu Ihm verlangt und nichts weiter begehret als Seine Liebe und Gnade, um fortan in Seiner Nähe weilen zu dürfen. Dann wird euch diese zugehen in einem Maß, daß ihr werden könnt, was eure Bestimmung ist.... wahre Gotteskinder, die Seinen Willen in sich tragen und also sich geformt haben dem Willen Gottes gemäß.... ihr werdet euch vereinigen mit dem vollkommensten und höchsten Wesen, von Dem ihr einst ausgegangen seid....

Amen

Vereniging met God op aarde – Het overwinnen van elk verlangen

Het met God verbonden wezen herkent zijn bestemming, want het is zich van zijn oorsprong bewust en het streeft naar het hoogste doel, de vereniging met God. Het is dus nu in het laatste stadium genegen om zijn tegenstand tegen God op te geven en deze wil levert hem de volledige liefde van God op, die nu zo tot uiting komt, dat de mens naar het hoogste doel geleid wordt, zodat het ongehinderd de weg naar boven af kan leggen. Zo’n levensweg op aarde is niet zo lastig, want omdat de wil een drang heeft naar God en het wezen bereid is om te dienen, is de strijd, die strikt genomen alleen de wil op God moet richten, niet meer nodig.

Maar als de mens nu de vereniging met God op aarde zoekt, dan heeft het elke tegenstand opgegeven en hoeft het daarom nooit weerstand te bieden aan de pogingen van de tegenstander om de wil terug te winnen. Hij is nu teruggekeerd tot God en leeft het leven alleen nog maar om zich te zuiveren van datgene, wat nog aards aan hem is. Want de wil tot God kan wel heel sterk zijn, maar de wereld kan ook de mensen nog gevangennemen.

Maar het verlangen ernaar moet volledig overwonnen zijn, voordat de volledige vereniging met God plaats kan vinden. En daarom moet het aardse leven benut worden om zich vrij te maken van elk verlangen. Als het verlangen naar God overheersend is, dan zal het geen grote moeite kosten, maar als het verlangen naar de wereld nog sterk is, dan zal er nog strijd voor de mens weggelegd zijn. En daarom zal degene, die nog niet innig genoeg met God verbonden is, moeten lijden en degene, wiens verlangen louter naar God en de vereniging met Hem uitgaat, zal stil en vredig zijn weg over de aarde mogen gaan.

En daarom is de mate van lijden tegelijkertijd de beste controle voor het eigen verlangen. Als de mens nog lijden moet, is hij nog niet volledig gezuiverd. Maar God helpt hem om zich vrij te maken van aardse verlangens en wijst hem door het lijden op het verkeerde van zijn verlangens. Hij wil het de mens gemakkelijk maken om zelfs nog het laatste aardse verlangen te verwijderen. Hij wil door het lijden het denken van de mens naar Hem leiden, zodat spoedig alleen geestelijke gedachten hem bezighouden en er nu geen hindernis meer bestaat voor de uiteindelijke vereniging met God.

En dus zullen jullie alleen opwaarts kunnen gaan, wanneer jullie je vaker met de hemelse Vader verbinden, wanneer jullie door al het aardse heen naar Hem verlangen en verder niets verlangen, dan Zijn liefde en genade om voortaan in Zijn nabijheid te mogen vertoeven. Dan zal jullie dit in zo’n mate toegestuurd worden, dat jullie kunnen worden, wat jullie bestemming is, namelijk ware kinderen van God, die Zijn wil in zich dragen en zich dus overeenkomstig de wil van God gevormd hebben. Jullie zullen je met het meest volmaakte en hoogste Wezen, van Wie jullie eens zijn uitgegaan, verenigen.

Amen