• Zurück

Dämonisches Wirken.... Selbstbestimmung.... Bildungsstation....

Es ist wie eine ununterbrochene Kette, es ist eine endlose Reihe von Vorgängen, die das dämonische Walten erkennen lassen und also auch den gefesselten Zustand, in dem sich die Menschheit befindet. Ein jeder Gedanke, eine jede Handlung verrät den Einfluß des Bösen, und ungeheuerlich wirket sich dieser auf die Seelen aus, die sich aus solchen Fesseln nicht zu befreien vermögen. Und so bringt auch dieses dämonische Wirken eine völlige Zerrüttung des Glaubens zustande, weil der Mensch selbst keinen Widerstand bietet. Es ist ungemein trostlos, zu sehen, wie alles hingegeben wird, was an Gott gemahnet, wie der Glaube an den göttlichen Erlöser mehr und mehr schwindet und wie alles Sinnen und Trachten der Menschheit nur dem gilt, was Anteil ist der finsteren Macht. Es sind die Glaubenslehren dem Menschen schon jetzt Begriffe aus der Welt der Phantasie, und es fühlt sich der Mensch erhaben jenen Lehren gegenüber; er lebt sein Erdenleben und alles Geistige ist ihm unerwünschter Ballast. Und so ist es unvermeidlich, daß sich diesen dämonischen Kräften die Kraft Gottes entgegensetzen muß, daß sie Einhalt gebietet dem Treiben des Satans. Ohne göttliche Hilfe würde der geistige Verfall fortschreiten und zuletzt zu völligem Untergang führen, doch es gedenket der Vater im Himmel der wenigen, deren Wille noch unentschieden ist, die noch nicht endgültig Ihn dahingegeben haben. Und um diese zu retten, lässet Er jenes Gericht über die Erde kommen, das unvorstellbar ist in seiner Auswirkung. Er will der Menschheit noch einmal Kunde zugehen lassen von Seiner Allmacht, Er will ihre Gedanken lenken zu Sich, auf daß sie Ihn rufen und Er ihnen helfend beistehen kann. Er will dem Satan noch die Seelen abringen, die noch nicht gänzlich ihm verfallen sind, so daß die Menschheit nicht gänzlich verlorengehe.... Es ist ein gewaltiges Geschehen, das alles dieses bewirken soll, und es ist nur vom Willen des Menschen abhängig, wie er dieses Geschehen auf sich wirken läßt. Es kann seine Freiwerdung bedeuten, aber auch seine endgültige Gefangenschaft in satanischer Gewalt. Wieder ist es dem Menschen anheimgestellt, zu wählen zwischen Gut und Böse.... zu wählen zwischen Licht und Finsternis. Und Gott stellt ihm alle Mittel zur Verfügung, daß er erkennt, wenn er nur will. Das unwandelbare Gesetz der Selbstbestimmung kann nicht beliebig umgestoßen werden, es muß auch nun der Mensch selbst über sein ferneres Los bestimmen, er muß durch seinen Willen selbst bekunden, welchen Weg er gehen will, nach oben oder nach unten. Es kann nur die ewige Gottheit ihm so zu Hilfe kommen, daß Sie ihn sichten läßt die Vergänglichkeit dessen, was er bisher anstrebte. Und es kann sonach ein scheinbares Werk der Vernichtung von unermeßlichem Vorteil sein für die Seele des Menschen, sobald er noch zu rechter Zeit sich abwendet von irdischem Gut und geistiges Gut statt dessen anstrebt. Eine gewaltige Änderung des gewohnten Lebens kann auch einen Umschwung des Denkens herbeiführen, und dies ist die letzte Möglichkeit, die gesamte Menschheit wiederaufzurichten und sie den Glauben an Gott wiederfinden zu lassen. Das Bestreben der Jetztzeit geht dahin, jeglichen Glauben auszurotten.... da das Erdenleben aber dem Menschen nur zu dem Zweck gegeben wurde, daß der Mensch durch den Glauben sich selbst und seine Seele entwickeln soll, so muß ihm auch das Leben genommen werden, so er dieser eigentlichen Bestimmung nicht nachkommt. Denn ein Erdenleben ohne Glauben zieht nur einen rückschrittlichen Werdegang des Wesens nach sich. Und dies ist notgedrungen die Folge solcher Verirrungen der gesamten Menschheit, daß Gottes Allmacht und Walten in Erscheinung tritt, um noch zu retten, was willig ist, und restlos zu vernichten, was sich völlig in der Gewalt des Satans befindet. Denn es ist die Erde eine Bildungsstation des Geistes.... wo sie aber als solche nicht erkannt wird, sollen die Wesen auch nicht länger auf ihr verweilen dürfen, denn sie berauben sich selbst dieser Gnade....

Amen

Duivels werkzaam zijn – Zelfbeschikking – Opleidingsplaats

Het is als een ononderbroken ketting, het is als een eindeloze opeenvolging van gebeurtenissen, die het duivelse werkzaam zijn laat herkennen en dus ook de geketende toestand, waarin de mensheid zich bevindt. Elke gedachte, elke handeling verraadt de invloed van het kwaad en dit heeft een reusachtige uitwerking op de zielen, die niet in staat zijn zich uit deze boeien te bevrijden.

En zo brengen ook deze duivelse werken een volledige ontwrichting van het geloof tot stand, omdat de mens zelf geen tegenstand biedt. Het is buitengewoon troosteloos te zien, hoe alles, wat aan God doet denken, opgegeven wordt. Hoe het geloof in de goddelijke Verlosser meer en meer verdwijnt en hoe alle denken en streven van de mensheid alleen maar dat betreft, wat deel is van de duistere macht.

De geloofsleren zijn voor de mensen al begrippen uit de wereld van de fantasie. De mens voelt zich verheven boven deze leren. Hij leeft zijn aardse leven en al het geestelijke is ongewenste ballast. En zo is het onvermijdelijke, dat de kracht van God tegenover de duivelse krachten komt te staan, zodat deze kracht van God de activiteiten van Satan een halt toeroept. Zonder goddelijke hulp zou het geestelijke verval voortschrijden en ten slotte tot de volledige ondergang leiden, maar de Vader in de hemel denkt aan de weinigen, van wie de wil nog niet besloten heeft. Degenen, die Hem nog niet voorgoed opgegeven hebben.

En om deze weinigen te redden, laat Hij een gericht over de aarde komen, dat onvoorstelbaar in zijn gevolgen is. Hij wil de mensheid nog eenmaal Zijn almacht bekendmaken. Hij wil hun gedachten naar Hem leiden, opdat ze Hem aanroepen en Hij hen helpend bij kan staan. Hij wil Satan nog die zielen ontworstelen, die nog niet geheel aan Hem ten prooi gevallen zijn, zodat de mensheid niet geheel verloren gaat. Het is een geweldig gebeuren, dat al dit bewerkstelligen moet en het is enkel van de wil van de mens afhankelijk, hoe hij dit gebeuren op zich in laat werken. Het kan zijn bevrijding betekenen, maar ook zijn uiteindelijke gevangenschap in Satans macht.

Opnieuw wordt het aan de mens overgelaten om te kiezen tussen goed en kwaad. Te kiezen tussen licht en duisternis. En God stelt hem alle middelen ter beschikking, zodat hij herkent, wanneer hij maar wil. De onveranderlijk wet van de zelfbeschikking kan niet naar believen ongedaan worden gemaakt. Ook nu moet de mens zelf over zijn toekomstige lot beslissen. Hij moet door zijn wil zelf bekendmaken, welke weg hij wil gaan: naar boven of naar beneden. Enkel de eeuwige Godheid kan hem zo te hulp schieten, dat Ze hem de vergankelijkheid laat zien van dat, wat hij tot nog toe nastreefde.

En zo kan een schijnbaar werk van vernietiging van onmetelijk voordeel zijn voor de ziel van de mens, zodra hij zich nog op het juiste moment van de aardse goederen afwendt en in plaats daarvan geestelijke goederen nastreeft. Een enorme verandering in het gewone leven kan ook een ommekeer van het denken teweegbrengen en dit is de laatste mogelijkheid om de hele mensheid weer op te richten en haar het geloof in God weer te laten vinden.

Het streven van huidige tijd gaat zover, dat het elk geloof totaal uit wil roeien. Maar omdat het aardse leven alleen maar met het doel gegeven werd, dat de mens zichzelf en zijn ziel door het geloof zou ontwikkelen, moet hem ook het leven afgenomen worden, als hij dit eigenlijke doel niet vervult. Want een aards leven zonder geloof heeft alleen maar een neerwaartse ontwikkeling tot gevolg. En noodgedwongen zal het gevolg van zulke dwalingen van de hele mensheid zijn, dat Gods almacht en werkzaam zijn zichtbaar worden om nog te redden, wat gewillig is en totaal te vernietigen, wat zich geheel in de macht van Satan bevindt. Want de aarde is een opleidingsplaats van de geest. Maar waar ze niet als zodanig herkend wordt, zullen de wezens ook niet langer op haar mogen verblijven, want ze beroven zichzelf van deze genade.

Amen