• Indietro

Preghiera per la Forza e la Grazia – Orgoglio – Umiltà

Rendetevi conto che potete richiedere costantemente la Mia Grazia, sia per voi stessi come anche per i vostri prossimi e per tutte le anime nel Regno spirituale. La richiesta per l’apporto di Grazia è sempre un atto dell’umiltà quando la richiedete per voi stessi, perché da ciò confessate la vostra debolezza ed in questa debolezza venite a Me, affinché vi fortifichi. L’uomo che si sente debole, Mi verrà anche sempre umilmente incontro, ed all’umile dono la Mia Grazia. Quando richiedete la Grazia per altri, per il prossimo oppure per anime nell’aldilà, allora questo è un atto dell’amore disinteressato, perché volete aiutare coloro che sono deboli nello spirito, richiedete la Forza per queste anime che sono pure deboli, ed ora la posso anche rivolgere a loro per via del vostro amore. Ma è sempre una richiesta spirituale che rivolgete a Me ed in Verità, vi verrà anche sempre esaudita. Me la richiederete sempre soltanto con cuore umile, vi riconoscete deboli davanti a Me e sapete che soltanto da Me può procedere Forza e Grazia e così confessate anche la vostra imperfezione e pretendete di diventare perfetti, per cui richiedete il Mio Sostegno. E se ora vi tenete davanti agli occhi che una volta siete caduti da Me, perché vi credevate forti e non bisognosi della Mia Forza, allora vi sarà anche comprensibile, che vi eravate giocati liberamente la perfezione. Ma allo scopo del ritorno a Me siete incorporati sulla Terra come uomo e questo ritorno deve avvenire in modo contrario alla caduta da Me. Eravate arroganti e vi credevate in possesso di Forza in ultramisura. Ma ora dovete riconoscere e confessare la vostra debolezza nella più profonda umiltà chiedendo a Me l’apporto di Forza. Dato che una volta vi siete liberamente allontanati da Me, dovete pregarMi per la Grazia, per un Dono che non avete meritato, che voi stessi vi siete giocati nell’arroganza. Ma credeteMi che adempio molto volentieri una tale richiesta di Forza e Grazia, dato che Io Stesso voglio che raggiungiate di nuovo la perfezione e che vi possiate di nuovo unire con Me per ricevere delle Beatitudini, che soltanto l’unificazione con Me può prepararvi. Già l’ammissione della vostra indegnità e della vostra debolezza Mi induce di donarvi Grazia in ricchissima misura. Perciò Mi potete sempre di nuovo chiedere l’apporto di Forza e Grazia. E’ una richiesta spirituale che vi adempio anche irrevocabilmente, perché la Mia Beatitudine consiste nel fatto, di guidare alle Mie creature ininterrottamente la Forza d’Amore, affinché possano camminare verso l’Alto e si avvicinino sempre di più a Me. Dalla vostra propria forza non lo potete compiere, finché non siete insolitamente attivi nell’amore e conquistate da voi la Forza. Ma una preghiera nello Spirito e nella Verità per l’apporto di Grazia e Forza è una sicura garanzia per riceverle, perché sottolineo sempre di nuovo: All’umile dono la Mia Grazia, e soltanto un cuore umile rivolge questa richiesta a Me. Vi do sempre di nuovo soltanto l’Assicurazione che vi viene esaudita questa richiesta, dato che con ciò Mi dichiarate soltanto che desiderate venirMi vicino, e con questo superate già la prova di volontà sulla Terra: di rivolgervi liberamente a Me, dal Quale vi siete una volta allontanati nell’arroganza e brama di dominio. Ma chi chiede, non è né arrogante né bramoso di dominare, sottomette sé Stesso a Me e per via della sua umiltà posso ora anche distribuire illimitatamente, ed in Verità, nessuno andrà a mani vuote se rivolge a Me questa richiesta, che sento ed adempio anche molto volentieri. Se questo pensiero rivive una volta in voi, di richiedere a Me Forza e Grazia, allora Mi riconoscete anche come vostro Dio e Creatore, il quale vuole Essere vostro Padre, siete già in contatto con Me, cosa che dimostra sempre una intima preghiera, non importa cosa chiedete. La Forza e la Grazia però sono Beni spirituali che non faccio mai mancare ad uno che chiede, perché dimostrano la sua umiltà, ed Io donerò sempre la Mia Grazia all’umile, come ho promesso.

Amen

Gebed om kracht en genade - Hoogmoed - Deemoed

U moet u ervan bewust worden dat u voortdurend om mijn genade zult kunnen vragen, zowel voor uzelf alsook voor uw medemensen en voor alle zielen in het geestelijke rijk. Altijd is de vraag om genade toe te sturen een daad van deemoed wanneer u ze voor uzelf vraagt, want u bekent daardoor uw zwakheid en komt in deze zwakheid naar Mij, dat Ik u sterk. En de mens die zich zwak voelt zal Mij ook steeds in deemoed tegemoet treden en de deemoedige schenk Ik mijn genade. En vraagt u genade voor anderen, voor de medemensen of voor de zielen in het hiernamaals, dan is dat een daad van onzelfzuchtige liefde, want u zult diegenen willen helpen die zwak van geest zijn. U vraagt om kracht voor deze eveneens zwakke zielen en Ik kan hun deze ter wille van uw liefde ook laten toekomen. Maar steeds is het een geestelijke bede die u tot Mij richt en waarlijk, deze zal ook altijd voor u worden vervuld. En steeds zult u met alleen een deemoedig hart Mij daarom vragen. U bekent voor Mij dat u zwak bent en weet dat alleen van Mij kracht en genade kan uitgaan en zo geeft u ook uw gebrekkigheid toe en verlangt volmaakt te worden waartoe u Mij om mijn ondersteuning voor u vraagt.

En wanneer u zich nu voor ogen houdt dat u eens van Mij bent afgevallen omdat u meende sterk te zijn en geloofde Mij en mijn kracht niet meer nodig te hebben, dan zal het u ook begrijpelijk zijn dat u vrijwillig uw volmaaktheid had verspeeld. Maar u bent op aarde als mens belichaamd met het doel naar Mij terug te keren en deze terugkeer moet op tegenovergestelde wijze plaatsvinden aan de afval van Mij. U was hoogmoedig en geloofde dat u in het bezit was van kracht in overvloed. Maar nu zult u in diepste deemoed uw zwakheid moeten inzien en bekennen door Mij te vragen om het toesturen van kracht.

Omdat u zich eens vrijwillig van Mij afwendde, zult u Mij om de genade moeten vragen, om een geschenk dat u niet hebt verdiend, dat u voor uzelf hebt verspeeld in arrogantie. Maar geloof Mij dat Ik zo'n verzoek om kracht en genade erg graag vervul daar Ik toch zelf wil dat u weer de volmaaktheid zult bereiken en u zich weer bij Mij zult kunnen aansluiten om hemelse vreugden te ontvangen die alleen de vereniging met Mij u kan bereiden. Alleen al het bekennen van uw onwaardigheid en het toegeven van uw zwakheid brengt Mij ertoe, u in rijkste mate te bedenken. Daarom zult u Mij steeds weer om het toesturen van kracht en genade kunnen vragen. Het is een geestelijk verzoek dat Ik u onherroepelijk vervul, want mijn gelukzaligheid bestaat erin, mijn schepselen ononderbroken de kracht van mijn liefde te bezorgen opdat ze opwaarts kunnen gaan en steeds dichter bij Mij komen. Want uit eigen kracht bent u daartoe niet instaat, zolang u niet buitengewoon werkzaam bent in liefde en voor uzelf kracht verwerft.

Maar een gebed in geest en in waarheid om toezending van genade en kracht is een heel zekere waarborg voor het ontvangen ervan, want steeds weer benadruk Ik het: "De deemoedige schenk Ik mijn genade" en alleen een deemoedig hart richt dit verzoek aan Mij. En steeds maar weer geef Ik u de verzekering dat u dit verzoek wordt vervuld, want u bekent Mij daardoor toch maar dat u dichter bij Mij wenst te komen, en u doorstaat daarmee al de wilsproef op aarde: een zich vrijwillig naar Mij toekeren van wie u zich eens afwendde in arrogantie en heerszucht. Maar wie vraagt is noch arrogant noch heerszuchtig, hij onderwerpt zichzelf aan Mij en wegens zijn deemoed kan Ik nu ook onmetelijk uitdelen, en waarlijk, niemand zal leeg weggaan die dit verzoek tot Mij richt, dat Ik uitermate graag hoor en ook vervul.

Komt eenmaal eerst deze gedachte in u tot leven om van Mij kracht en genade voor uzelf te vragen, dan erkent u Mij ook als uw God en Schepper die uw Vader wil zijn. U staat al in verbinding met Mij, wat steeds door een innig gebed wordt bewezen, ongeacht waar u om vraagt. Maar kracht en genade zijn geestelijke goederen die Ik iemand die vraagt nooit zal onthouden. Want ze zijn bewijzen deemoed en altijd zal Ik de deemoedige mijn genade schenken zoals Ik het heb beloofd.

Amen