Ogni uomo deve poter aspettarsi da voi lo stesso che voi v’aspettate da lui. Dovete far giungere ad ognuno giustizia, come anche voi aspettate la stessa da loro. Non dovete misurare e credere con misura differente, di avere voi stessi maggiori diritti che il vostro prossimo, quando si tratta che siete beneficiari di ciò che vi è stato donato gratuitamente da Me, che non vi siete conquistati da voi stessi, ma che è ugualmente a disposizione di tutti gli uomini, con cui sono intesi dei beni spirituali e terreni, che il Mio Amore e la Mia Volontà di Creatore tiene sempre pronti per voi.
Di ciò fanno parte tutti i Doni che ricevete dalla Mia Mano, che voi stessi non potete produrre, che esistono senza il vostro contributo e che contribuiscono alla vostra esistenza, che quindi condizionano la vostra vita naturale e che non devono essere sottratti a nessun uomo, se non deve essere a rischio la sua vita. Sono i beni vitali che ogni uomo può pretendere e che da parte dei prossimi non gli devono essere sottratti, altrimenti è una mancanza contro il Mio eterno Ordine ed avrà conseguenze ampie che non agiscono soltanto sugli uomini colpevoli, ma che riguardano anche le Creazioni e con ciò possono portare anche alla loro dissoluzione.
Lo comprenderete solo, se riflettete su quali elementi vitali avete bisogno e v’immaginate la molteplicità di questi, quando constatate l’aria e l’acqua nella loro costituzione ed effetto su voi stessi, che donano all’uomo pienissima salute, ma che possono anche condurre ad infermità e distruzione degli organi del corpo, se attraverso la volontà dell’uomo ha luogo una contaminazione dell’aria e dell’acqua, che provoca dei danni immensi. L’aria e l’acqua sono Doni di Dio, di cui ogni uomo ha bisogno e che quindi riceve anche dalla Sua Mano. E la peccaminosità degli uomini si manifesta già da sola, quando non temono di contaminare questi beni vitali estremamente importanti in un modo, che ai prossimi ne sorgono dei danni che minacciano la vita.
E come ad ogni uomo è cara la propria vita, s’incolpa se diminuisce ai prossimi le più necessarie necessità di vita, quando contribuisce in modo che la vita del prossimo venga messa in pericolo. E tra “minacciare la vita” è anche da intendere, quando ciò che la Terra produce di nutrimento per uomo ed animale, viene derubato della sua naturale costituzione, quando il suolo, sul quale devono crescere, riceve un’altra costituzione mediante mezzi artificiali e che ora anche i prodotti generali contengono delle sostanze, che non sono per nulla favorevoli al corpo umano. Gli uomini intervengono nelle leggi della natura, vogliono generalmente migliorare, quindi rappresentare le Mie Creazioni come difettosa, vogliono creare al suolo maggiori capacità di produzione e per questo si servono di falsi mezzi. Perché devono soltanto pregare Me per la Mia Benedizione per poter anche ottenere dei raccolti davvero benedetti.
Un altro peccato in questo campo è anche, quando i frutti vengono raccolti prima della loro maturazione, quando avarizia e pensare materialistico prevengono il naturale processo di maturazione e quando il corpo umano ne viene costretto ad intraprendere la lotta con sostanze ancora non maturate, che non è soltanto una faccenda puramente corporea, ma anche spirituale, che a voi uomini è sovente ignota. Ma tutto fa parte della inosservanza della Legge del Mio eterno Ordine. L’uomo causa del danno al suo prossimo, non agisce giustamente nei suoi confronti e contribuisce al fatto che il caos sulla Terra diventa sempre più grande, perché soltanto una vita terrena vissuta nell’Ordine di Legge può avere un buon effetto nel corpo e nell’anima.
Ed ogni uomo ha il diritto, che l’ordine della natura venga osservato, perché Io non ho creato tutto ciò che esiste nella Creazione per un uomo, ma per tutti gli uomini; ogni uomo ha bisogno di aria pura, di acqua pura e di un buon cibo per la sua vita corporea, e nessun uomo ha il diritto di provocare al prossimo un danno che non desidera nemmeno per sé stesso.
Nell’ultimo tempo prima della fine però non viene usato più nessun riguardo alla vita del prossimo; si esperimenta spensieratamente in ogni modo, e sempre soltanto per ambizione, avarizia o fama di potere, e la vita viene danneggiata nella salute. E così trionfa colui che vorrebbe distruggere ogni creatura, per ottenere di nuovo libero ciò che vi è legato nella falsa supposizione, che dopo gli appartenga di nuovo. Gli uomini si sono messi nel suo potere, coloro che infrangono l’Ordine divino, seguono i suoi sussurri e non osservano i Miei Comandamenti, che richiedono amore e giustizia.
Ogni uomo pensa soltanto a sé ed al suo proprio vantaggio e la sorte del prossimo lo lascia freddo. Ed anche la vita del prossimo non gli è più sacra, altrimenti non potrebbe succedere, che però è da aspettarsi con sicurezza che la vita di tutti gli uomini venga messo in gioco, perché le leggi divine della natura vengono infrante, perché una volta gli elementi irromperanno con tutta la violenza, per cui hanno dato il motivo gli uomini stessi, che peccano contro l’Ordine divino, contro il Mio Comandamento dell’amore per Dio ed il prossimo.
Amen
TraduttoreIeder mens moet van u hetzelfde mogen verwachten als wat u van hem verwacht. Ieder moet u rechtvaardig behandelen, zoals u datzelfde ook van hem verlangt. U zult niet met verschillende maten moeten meten en menen zelf meer rechten te hebben dan uw medemens, als het erom gaat dat u profiteert van datgene wat u van Mij uit gratis is geschonken, wat u niet zelf voor u verworven hebt maar wat alle mensen evenzo ter beschikking staat, waaronder geestelijke en aardse goederen te verstaan zijn die mijn liefde en mijn scheppende wil altijd voor u bereid houden.
Daar behoren dus alle gaven toe die u uit mijn hand ontvangt, die u voor uzelf niet zult kunnen maken, die er zonder uw toedoen zijn en die tot uw bestaan bijdragen, die dus voor uw natuurlijk leven vereist zijn en die aan geen mens mogen worden onttrokken wanneer daardoor diens leven in gevaar zal worden gebracht. Het zijn de stoffen ten behoeve van het leven waarop ieder mens aanspraak moet kunnen maken. Die hem van de kant van de medemensen ook niet onttrokken mogen worden, daar anders een overtreding van mijn eeuwige ordening ver dragende gevolgen heeft die zich niet alleen laten voelen bij de schuldige mensen, maar ook de scheppingen betreffen en bijgevolg ook tot de ontbinding ervan kunnen leiden.
U zult dit begrijpen wanneer u er maar over nadenkt welke bestanddelen u nodig hebt om te leven en u zich de verscheidenheid hiervan voorstelt, wanneer u lucht en water en hun hoedanigheid en werking bij uzelf vaststelt die de mens algehele gezondheid schenken, maar ook tot ziekelijkheid en verwoesting van de organen van het lichaam kunnen leiden indien door menselijke wil een besmetting van de lucht en het water plaatsvindt die niet te overziene schade met zich meebrengt. Lucht en water zijn gaven Gods die ieder mens nodig heeft en daarom ook uit mijn hand ontvangt. En de zondigheid van de mensen komt alleen al daarin tot uitdrukking dat ze er niet voor terugschrikken deze buitengewoon voorname stoffen ten behoeve van het leven op zodanige wijze te verontreinigen dat voor de medemensen daaruit levensbedreigende beschadiging voortvloeit.
En zoals ieder mens zijn eigen leven lief is, zo bezondigt hij zich wanneer hij de medemens de noodzakelijkste levensbehoeften beknot, wanneer hij er toe bijdraagt dat het leven van de medemens in gevaar wordt gebracht. En onder "het in gevaar brengen van het leven" is ook te verstaan, wanneer dat wat de aarde voortbrengt aan voeding voor mens en dier, van zijn natuurlijke hoedanigheid wordt beroofd, wanneer de bodem waarop het moet gedijen door kunstmatige middelen een andere gesteldheid krijgt en nu ook de daarin gekweekte producten stoffen bevatten die volstrekt niet bevorderlijk zijn voor het menselijk lichaam. De mensen grijpen in in de natuurwetten, ze willen als het ware verbeteringen aanbrengen, dus mijn scheppingen als gebrekkig voorstellen, ze willen de bodem een hogere opbrengst-capaciteit verschaffen en ze bedienen zich daartoe van verkeerde middelen. Want ze zouden Mij alleen maar om mijn zegen hoeven te vragen om waarlijk ook overvloedige oogsten binnen te mogen halen.
Een verder zondigen op dit gebied is ook wanneer de vruchten geoogst worden voor ze rijp zijn. Wanneer door hebzucht en materialistisch denken op het natuurlijke rijpingsproces wordt vooruitgelopen en wanneer daardoor het menselijk lichaam gedwongen wordt de strijd aan te binden met nog niet rijp geworden substanties, wat niet alleen maar een zuiver lichamelijke maar ook een geestelijke aangelegenheid is, die u mensen vaak niet bekend is. Het valt echter allemaal onder het veronachtzamen van de wet van mijn eeuwige ordening. De mens berokkent zijn medemens schade, hij handelt niet rechtmatig tegenover hem en draagt er toe bij dat de chaos op aarde steeds groter wordt, omdat alleen een leven op aarde dat volledig in overeenstemming met de wet van de ordening wordt geleefd, een juiste uitwerking kan hebben op lichaam en ziel.
En ieder mens heeft er recht op dat de orde in de natuur in stand gehouden wordt, want Ik heb alles wat er in de schepping bestaat niet voor één mens, maar voor alle mensen geschapen. Ieder mens heeft zuivere lucht nodig, zuiver water en een goede voeding voor zijn lichamelijk leven en geen mens heeft het recht zijn medemens schade toe te brengen die hij voor zichzelf ook niet zal wensen.
In de laatste tijd voor het einde wordt er echter helemaal geen rekening meer gehouden met het leven van de medemens. Er wordt op allerlei manieren gewetenloos geëxperimenteerd en steeds alleen maar uit eerzucht, hebzucht of honger naar macht, en de gezondheid wordt in levensgevaar gebracht. En dus triomfeert hij, die al het geschapene zou willen verwoesten om het daarin gekluisterde weer vrij te krijgen, in de valse veronderstelling dat het hem dan weer toebehoort. De mensen die in strijd met de goddelijke ordening handelen hebben zich allen in zijn macht begeven. Ze volgen zijn influisteringen en mijn geboden, die liefde en rechtvaardigheid vereisen, achten ze niet.
Ieder mens denkt alleen maar aan zichzelf en zijn eigen voordeel en het lot van de medemens laat hem koud. En ook het leven van zijn medemens is hem niet meer heilig, daar het anders niet zou kunnen komen tot wat echter met zekerheid te verwachten is, dat het leven van alle mensen op het spel wordt gezet omdat de goddelijke natuurwetten omver worden gestoten - omdat eens de elementen zich met alle geweld een weg naar buiten zullen banen, waartoe de mensen zelf aanleiding geven die zondigen tegen de goddelijke ordening, tegen mijn gebod van de liefde tot God en de naaste.
Amen
Traduttore