Confronta annuncio con traduzione

Altre traduzioni:

L’agire di Satana II.

Quello che è di danno per la vostra anima, Io ve lo tengo lontano, se la vostra volontà è buona e rivolta verso Me. Quando un padre sa un suo figlio in un pericolo, allora lo assisterà che eviti questo pericolo oppure lo accompagna premuroso attraverso questo. Perché il padre ama suo figlio. E quando voi uomini siete minacciati da un pericolo per la vostra anima, allora il vostro Padre nel Cielo è certamente il Primo Che vi protegge, perché è nel Suo Potere e perché Egli vi ama. E così potete stare tranquilli fintanto che voi vi sentite come Miei figli, fintanto che vedete in Me vostro Padre. Ma la vostra anima subisce danno quando viene toccata dal Mio avversario, perché il suo tocco è duro e senza riguardo, ed egli spezza ciò che gli cade nelle mani. Io emetto un giudizio rovinoso su di lui, ma soltanto per avvertirvi, perché altrimenti vi avvicinate a lui troppo spensierati e poi non potete quasi più alzarvi, se non chiedete Aiuto a Me. Dovete essere vigili, perché “Satana va in giro come un leone ruggente” e cerca di ingoiarvi. Non fatevi una immagine gentile di lui, perché questo fa diminuire la vostra prudenza, ed allora tutto è possibile, anche che prenda possesso di voi. Ma intorno a voi sono pronti degli Angeli per la vostra protezione, quando tutta la vostra volontà è rivolta a Me, quando l’amore per Me riempie tutto il vostro amore, e questi erigeranno una barriera che il Mio avversario non può valicare, perché è fatta di esseri di Luce, che già soltanto tramite la loro Luce respingono l’avversario che fugge la Luce. Perché questi sono Miei figli che erano una volta, come voi, esposti alla sua influenza e conoscono il suo agire e che vi assistono affinché voi torniate dal Padre, che perciò vi possono anche proteggere, perché sanno della sua astuzia e si pongono fra voi e lui. Soltanto una cosa dovete fare voi stessi: che voi lo detestiate perché è soltanto odio e peccato. Lui ha totalmente dissolto l’unione spirituale con Me, perciò deve essere diventato il Mio avversario, perché ha invertito in sé tutto ciò che è proceduto da Me di Luce e Forza, egli è così profondamente lontano da Me che lui ha formato sé stesso in un essere immondo, che, pieno di ribellione e cattivi pensieri, è capace di farvi tutto ciò che vi impedisce di diventare beati. Perché egli vuole la vostra rovina, egli non vuole soltanto possedervi, ma eliminarvi, perché egli è di una cattiveria ur (primordiale) sin dalla sua caduta da Me. Egli è il Mio polo opposto e perciò non può avere in sé nulla di buono, altrimenti Io avrei del male in Me nella stessa misura. Ma come Io Sono l’Essere più perfetto, egli è l’imperfezione stessa, e questo significa anche che pensa e agisce male, finché agisce e può agire, finché possiede del seguito. Proprio perché si considera ancora pieno di forza tramite il suo seguito, per questo non cambia il suo pensare e la sua volontà. Ed Io conosco il pericolo nel quale voi vi trovate se gli permettete soltanto il pur minimo avvicinamento a voi per il fatto che gli concedete della compassione. Egli non corrisponde questa compassione con amore, egli non ha nemmeno compassione con la vostra anima che lui vuole rovinare. Voi non conoscete il suo odio e la sua cattiveria, dato che voi stessi siete pieni di amore. Ma Io so del pericolo e vi proteggo, perché il Mio Amore è per voi, che lui ha trascinato nell’abisso. Il Mio Amore è anche per lui, quando sarà tornato indietro e si sarà arreso. Ma fino allora egli è il Mio avversario del quale Io vi avverto, perché la sua volontà è così cattiva e lui studia soltanto il vostro annientamento. Perciò non fatevi incantare, siate vigili, affinché lo riconosciate anche sotto la sua mimetizzazione.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Ingrid Wunderlich

Het werkzaam zijn van satan II

Wat nadelig uitvalt voor uw ziel houd Ik ver van u, als uw wil goed is en op Mij gericht. Wanneer een vader weet, dat zijn kind in gevaar is, zal hij het bijstaan dat het dit gevaar ontwijkt, of het er vol zorg doorheen leiden. Want de vader houdt van zijn kind. En wanneer er u mensen een gevaar voor de ziel dreigt, dan is uw Vader in de hemel zeker de Eerste, Die u beschermt, omdat het in Zijn Macht ligt en omdat Hij u liefheeft. En zo zult u onbezorgd kunnen zijn, zolang u zich als Mijn kind voelt, zolang u in Mij uw Vader ziet.

Maar uw ziel ondervindt schade, wanneer ze door Mijn tegenstander wordt aangeraakt. Want zijn greep is hard en meedogenloos. En hij maakt kapot wat hem in de handen valt. Ik vel een vernietigend oordeel over hem, maar alleen om u te waarschuwen, omdat u zich soms zo zorgeloos in zijn nabijheid waagt en u dan nauwelijks overeind zou kunnen komen, wanneer u Mij niet om hulp aanroept. U moet waakzaam zijn, want “de satan gaat rond als een brullende leeuw” en probeert u te verslinden. Maak u geen vriendelijk beeld van hem, want dan wordt uw voorzichtigheid minder en dan is alles mogelijk, ook dat hij bezit van u neemt. Er staan echter engelen om u heen, bereid om u te beschermen, wanneer uw hele wil Mij geldt, wanneer de liefde voor Mij uw hele hart vervult. En dezen zullen een barrière oprichten, waar Mijn tegenstander niet overheen kan klimmen, want ze bestaat uit lichtwezens, die alleen al door hun licht de tegenstander wegdringen, die het licht ontvlucht. Want dezen zijn Mijn kinderen, die - net als u - eens aan zijn invloed waren blootgesteld en zijn werken kennen, en die u bijstaan, opdat u de weg naar de Vader vindt. Die u daarom ook kunnen beschermen, omdat ze op de hoogte zijn van zijn list en zich tussen u en hem plaatsen.

Alleen één ding zult u zelf moeten doen: hem verafschuwen, omdat hij alleen maar haat en zonde is. De geestelijke band met Mij heeft hij van zijn kant uit totaal verbroken, dus moet hij tot Mijn tegenstander zijn geworden, want hij heeft alles in zich verdraaid, wat uit Mij in licht en kracht is voortgekomen. Hij is zo onmetelijk ver van Mij verwijderd, dat hij zichzelf heeft gevormd tot een monster, dat vol trots en kwade gedachten in staat is u alles aan te doen, wat u verhindert dat u gelukzalig zult worden. Want hij wil u verderven. Hij wil u niet alleen bezitten, maar ook vernietigen. Want hij is door en door slecht, sinds zijn afval van Mij. Hij is Mijn tegenpool en kan daarom niets goeds in zich hebben, daar Ik anders in gelijke mate het slechte in Me zou hebben.

Maar zoals Ik het volmaaktste Wezen ben, is hij de onvolmaaktheid zelve. En dat betekent ook, dat hij slecht zal denken en handelen, zolang hij nog werkt en werken kan, zolang hij nog aanhang bezit. Juist omdat hij zich nog vol kracht waant door zijn aanhang, verandert hij zijn denken en zijn wil niet. En Ik ken het gevaar waarin u verkeert, wanneer u hem maar de geringste toenadering tot u oorlooft, doordat u hem medelijden betoont. Hij beantwoordt dit medelijden niet met liefde. Hij voelt ook geen medelijden met uw ziel, die hij in het verderf wil storten. U, die vol liefde bent, kent zijn haat en zijn kwaadaardigheid niet.

Doch Ik ben op de hoogte van het gevaar en bescherm u. Want Mijn Liefde geldt u, die hij heeft meegetrokken in de diepte. Mijn Liefde gaat ook naar hem uit, wanneer hij is teruggekeerd en zich zal hebben overgegeven. Maar tot dan is hij Mijn tegenstander, voor wie Ik u waarschuw. Want zijn wil is slecht en hij zint alleen op uw vernietiging. Laat u daarom niet misleiden. Wees waakzaam, opdat u hem ook onder zijn vermomming herkent.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Gerard F. Kotte