Confronta annuncio con traduzione

Altre traduzioni:

Riconoscere la Verità obbliga di sostenerla

In un mondo di motteggiatori e bestemmiatori difficilmente la Verità potrà farsi strada, perché rinnegano tutto ciò che è Divino e così anche la Verità che proviene da Dio. Ma è comunque dovere di ogni uomo che egli stesso si trova nella Verità, cioè che la riconosce, anche di sostenerla persino nei confronti di coloro, che vogliono sempre combattere la Verità. Perché deviare dalla Verità nei loro confronti significa ugualmente di essere della volontà dell’avversario della Verità. La Verità verrà sempre combattuta, quando proviene dall’Alto, ma gli uomini predisposti materialmente vogliono riconoscere solamente ciò che viene dal basso, quindi che è del mondo, e questo contraddirà sempre la Verità. Se ora la Verità deve essere diffusa sulla Terra, allora il suo rappresentante non deve per nessuna ragione amare il mondo e non deve temere gli uomini, che lo vogliono ostacolare nella diffusione della Verità, ma deve essere piuttosto disposto a lasciare la sua vita sotto la rinuncia di vantaggi terreni, che tacere la Verità oppure di parlare contro la convinzione. Questa è bensì una pretesa, che non può essere eseguita così facilmente, dato che la vita del corpo è ancora troppo preziosa per l’uomo, che la volesse dare per via della Verità, che non viene desiderata ma piuttosto respinta dai prossimi. E Dio pone comunque questa pretesa, quando ha degnato gli uomini a ricevere la Verità da Lui. La conoscenza della pura Verità obbliga anche l’uomo, di darla agli altri e di dare conoscenza all’ignaro dell’Agire di Dio. E quando da parte degli uomini questo Dono viene affrontato con animosità, allora l’uomo non deve diventare titubante e parlare timoroso o tacere, ma sostenere la Verità anche là con coraggio, dove il potere dominante pretende il silenzio. Perché quello che l’uomo sostiene, E’ Dio Stesso. E l’uomo sapiente non deve mai rinnegare Dio, cosa che farebbe però, se deviasse dalla Verità, cioè dicesse qualcosa contro il sapere migliore, che non corrispondesse alla Verità, oppure lo tollerasse senza controbattere, in modo che venga diffusa la non-verità, se lui la riconosce come tale. Appena l’uomo rinnega Dio, egli diventa debole, se invece sostiene la Verità, gli affluirà anche la Forza di resistere anche contro ogni opposizione animosa. Ed egli rimarrà vincitore sui motteggiatori e bestemmiatori, che adulano la menzogna e perciò combatteranno sempre la Verità.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Ingrid Wunderlich

Het erkennen van de waarheid verplicht om ervoor op te komen

In een wereld van spotters en godslasteraars zal de waarheid zich moeilijk een weg kunnen banen, want ze ontkennen al het goddelijke en dus ook de waarheid, die van God komt. Maar het is toch de plicht van elk mens, die zelf in de waarheid staat en deze dus erkent, om daarvoor op te komen. Zelfs tegenover degenen, die de waarheid steeds willen bestrijden. Want tegenover hen van de waarheid af te wijken, zou hetzelfde betekenen als de tegenstander van de waarheid ter wille te zijn. De waarheid zal steeds bestreden worden, want deze komt van boven. Maar de materieel ingestelde mensen willen enkel dat erkennen, wat van beneden komt. Wat van de wereld is en dat zal steeds in strijd met de waarheid zijn.

Als nu de waarheid op aarde verspreid moet worden, dan mag haar vertegenwoordiger op geen enkele manier de wereld liefhebben en hij mag de mensen, die hem willen hinderen bij het verspreiden van de waarheid, niet vrezen, maar hij moet liever afstand doen van aardse voordelen en bereid zijn om zijn leven op te geven, dan de waarheid te verzwijgen of tegen zijn overtuiging in te spreken.

Dit is wel een eis, die niet zo gemakkelijk vervuld kan worden. Het lichamelijke leven van de mens is nog te waardevol, dan dat hij het op zou willen geven ter wille van de waarheid, die door de medemensen niet begeerd, maar eerder afgewezen wordt. En toch stelt God deze eis, zodra Hij de mensen waardig bevonden heeft om de waarheid van Hem te ontvangen. Het herkennen van de zuivere waarheid verplicht hen ook om deze door te geven en de onwetenden kennis te geven van het werkzaam zijn van God. En als dit geschenk van de kant van de mens vijandelijk tegemoet getreden wordt, dan moet de mens niet timide worden en angstig spreken of zwijgen, maar ook daar zonder vrees daar voor de waarheid opkomen, waar de heersende macht een zwijgen eist. Want waar de mens voor opkomt, is immers God Zelf.

En nooit mag de wetende mens God verloochenen, wat hij echter zou doen, als hij van de waarheid afwijkt. Dat wil zeggen als hij tegen beter weten in iets zegt, wat niet met de waarheid overeenkomt. Of hij duldt het zonder tegenspraak, dat de onwaarheid verspreid wordt, als hij deze als zodanig erkent. Zodra de mens God verloochent, wordt hij krachteloos. Als hij daarentegen voor de waarheid opkomt, zal hem ook kracht toestromen om tegen elk vijandelijk weerwoord stand te houden. En hij zal overwinnaar blijven van de spotters en godslasteraars, die alleen maar de leugen gunstig gezind zijn en daarom steeds de waarheid zullen bestrijden.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Peter Schelling