Confronta annuncio con traduzione

Altre traduzioni:

L’aiuto fattivo attraverso gli esseri di Luce e di uomini

Lo stato spirituale degli uomini richiede un aiuto fattivo, sia da parte degli esseri di Luce come anche dagli uomini terreni, che hanno raggiunto un certo grado di maturità ed ora sono in grado di assistere il prossimo nella sua miseria. Per questo è necessario l’impegno di tutta la sua persona. Ma se riconosce il pericolo nel quale si trova il suo prossimo, allora è anche pronto per qualsiasi sacrificio, per quanto lui stesso stia nell’amore, cosa che è appunto la precondizione di un grado di maturità spirituale, in cui può diventare attivo in modo salvifico. Anche agli esseri di Luce spetta la preoccupazione per gli uomini terreni. Cercano di portare ogni aiuto possibile in forma di sofferenza terrena, che deve rendere gli uomini riflessivi e rivolgere il loro senso all’Eternità. E quindi ogni avvenimento che tocca dolorosamente gli uomini, è da considerare come un mezzo d’aiuto diventato necessario per sospendere la miseria spirituale. E’ solo una piccolissima parte che Dio porta nel Cuore, ma la maggior parte degli uomini sorride soltanto, quando viene menzionato il Nome divino, perché a loro manca totalmente la fede. Appena all’uomo la vita è sopportabile, non si fa più nessun pensiero su problemi spirituali, è talmente occupato con la vita terrena, che in lui sorgono solo molto raramente i pensieri su Dio e sullo scopo della sua vita terrena e vengono anche di nuovo velocemente rigettati, perché gli sono sgradevoli, finché la vita terrena gli porta ancora l’esaudimento. Ma quando il destino interviene in questa vita con mano rude, allora il godimento terreno gli sembra banale, i suoi pensieri cominciano a camminare in altre regioni. La sofferenza guida l’uomo più vicino a Dio, e perciò non gli può rimanere risparmiato un tempo in cui l’umanità è lontana da Dio. Dove l’influenza degli esseri di Luce è troppo scarsa, dove l’uomo non viene ascoltato dai suoi prossimi, là Dio cerca di rendere l’uomo duttile attraverso preoccupazione e sofferenza, non vuole lasciarli andare a fondo, ma salvarli dall’eterna morte. E l’umanità la dovrà ancora sopportare, vedrà ancora passare indicibile sofferenza sulla Terra, sovente sembra insopportabile e fa scaturire molti dolori, ma l’Amore di Dio lo decide così, per aiutare le anime degli uomini; la Verità di Dio conosce le vie che conducono a Lui, e nulla di ciò che avviene, è senza senso e scopo. Perciò, qualunque cosa voglia succedere, l’uomo deve sempre sapere che preoccupazione e miseria, disagi e tormenti sono l’unico mezzo d’aiuto per strappare le anime a rischio dalla rovina. Perché non deve cessare la lotta per le anime, dev’essere fatto di tutto per portare loro l’aiuto e non si deve indugiare nessuna ora, quando si tratta, di assistere gli uomini smarriti, perché il tempo stringe e la Mano di Dio interverrà perciò sempre più sensibilmente, affinché gli uomini trovino Dio nella miseria e le loro anime non vadano perdute.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Ingrid Wunderlich

Daadkrachtige hulp van lichtwezens en mensen

De geestelijke staat van de mens vereist daadkrachtige hulp, zowel van de zijde van de lichtwezens alsook van de mensen op aarde, die een bepaalde geestelijke rijpheid verworven hebben en nu in staat zijn om de medemensen te helpen in hun nood. De inzet van hun gehele persoon is daarvoor nodig. Maar als hij het gevaar herkent, waarin zijn medemens verkeert, is hij ook tot elk offer bereid, als hij in de liefde staat, wat immers de voorwaarde is voor een geestelijke rijpheidsgraad, waarin hij verlossend werkzaam kan zijn.

De lichtwezens hebben eveneens de taak om voor de aardse mensen te zorgen. Ze trachten alle mogelijke hulp te brengen in de vorm van aards leed, dat de mensen nadenkend moet laten worden en hun gedachten naar de eeuwigheid moet laten keren. En zodoende is elke gebeurtenis, die de mensen pijnlijk treft, te beschouwen als een noodzakelijk geworden hulpmiddel voor het uit de wereld helpen van de geestelijke nood.

Er is nog maar een heel klein deel dat God in het hart draagt, maar de meeste mensen glimlachen alleen maar bij de vermelding van de goddelijke naam, omdat het hen volledig aan geloof ontbreekt. Zodra het aardse leven draaglijk is voor de mens, denkt hij niet over geestelijke vraagstukken na. Hij wordt volop door het aardse leven geclaimd, zodat de gedachten aan God en zijn levensdoel op aarde slechts hoogst zelden in hem opduiken en deze zullen ook snel weer verworpen worden, want hij voelt zich daar onbehaaglijk bij, zolang het aardse leven hem nog vervulling brengt.

Maar als het noodlot met zijn harde hand in dit leven ingrijpt, dan komt aards genot hem banaal voor. Zijn gedachten beginnen zich naar andere regionen te bewegen. Lijden brengt de mens dichter bij God en daarom kan het hem niet bespaard blijven in een tijd, waarin de mensheid ver van God verwijderd is. Waar de invloed van de lichtwezens te gering is, waar de mens niet door zijn medemens gehoord wordt, daar probeert God door narigheid en lijden de mensen meegaand te maken, als Hij hen niet ten onder wil laten gaan, maar hen voor de eeuwige dood wil behoeden.

En dit zal de mensheid nog moeten verdragen. Ze zal nog onnoemelijk leed over de aarde zien komen, dat vaak ondraaglijk lijkt en veel pijn veroorzaakt. Maar de liefde van God bepaalt het zo om de mensenzielen te helpen. De waarheid van God kent de wegen die naar Hem leiden en niets van wat er gebeurt, is zonder zin en doel. Daarom moet de mens, wat er ook gebeuren mag, steeds weten dat narigheid en nood, zorgen en kwellingen de enige hulpmiddelen zijn om de bedreigde zielen aan het verderf te ontrukken. Want het worstelen om de zielen mag niet verminderen. Alles moet werkzaam zijn om hun hulp te bieden en er mag geen moment getalmd worden als het erom gaat de dwalende mens bij te staan. Want de tijd dringt en daarom zal de hand van God steeds merkbaarder ingrijpen, zodat de mensen in de nood de weg naar God vinden en hun zielen niet verloren gaan.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Peter Schelling