Ancora del tempo e sulla Terra passerà una miseria insopportabile. Questo è l’inizio di un’epoca, in cui l’uomo si rende di nuovo più conto della sua vera destinazione, perché questa miseria gli fa trovare Dio, ma anche farlo rimanere con Lui per tempi futuri. Questa miseria si manifesterà in una forma totalmente diversa, ma le cause saranno sempre delle potenze superiori, quindi l’uomo non sarà mai capace con la propria forza di evitare o diminuire la miseria. E così gli uomini trovano prima la via verso Dio che in altri tempi, e perciò il Signore trasmette all’uomo la Sua Parola, affinché in questo tempo di miseria abbia un sostegno, affinché si fortifichi con questa Parola e ne tragga forza per il tempo delle prove difficili. Nuovamente dev’essere detto che soltanto là dove la Parola divina viene accolta, dove risplende la Luce del cielo, si manifesta anche un percettibile alleggerimento della miseria terrena. L’uomo potrà diminuire il suo stato di sofferenza, quando la sua volontà è rivolta a Dio. Questo fatto è il primo ed ultimo motivo che Dio lascia venire sulla Terra una tale miseria. Nessun paese ne sarà risparmiato, tutti gli uomini dovranno portare la sofferenza, perché il senso e lo scopo della sofferenza è il ritorno a Dio, perché i pensieri che si sono separati da Dio, si devono di nuovo rivolgere a Lui. Ma il Signore promette la Sua Protezione a coloro che Lo amano. E quando la fede in questa Promessa è forte, l’uomo esce indenne nel corpo e nell’anima da ogni afflizione. Il Padre Stesso nel Cielo Si prende cura di questo figlio ed Egli lo guida attraverso tutti i pericoli. Ora è chiaramente visibile che soltanto il rivolgersi a Dio porta la salvezza dalla miseria più difficile, ma non tutti gli uomini si piegano alla Volontà divina, non tutti gli uomini ne traggono le conseguenze e diminuiscono la loro lontananza da Dio. La loro volontà è piuttosto rivolta con misura rafforzata alla riconquista dei beni terreni e del ristabilimento del vecchio stato di vita. E così la grande miseria non ha portato a quegli uomini nessun cambiamento al loro pensare, la volontà per la materia, per il male, è diventata notevolmente più forte, ma il pensiero a Dio è minimamente o totalmente escluso. Voler portare a tali uomini la Parola di Dio è senza successo. Non possono essere convinti diversamente dalla caducità del possesso terreno e se la totale decadenza di interi tratti di paese non li ha resi abbastanza consapevoli, ogni indicazione è inutile. La tendenza per la materia è maggiore e sulla Terra non potrà quasi essere superata. Ma questo desiderio nuovamente non può far scaturire allo stesso tempo il desiderio per Dio e la Sua Parola. Di conseguenza l’uomo starà di fronte a questa con il rifiuto. Questo stato è molto più sconfortante che prima, perché anche l’ultimo mezzo ausiliario ha fallito e l’uomo non può essere ostacolato nella sua libera volontà. Queste sono delle anime che Satana ha totalmente nel suo potere, soltanto la preghiera può esercitare un’influenza di cambiamento per tali uomini, per quanto l’amore profondo vorrebbe liberare quegli infelici dalla miseria dell’anima.
Amen
TraduttoreNog een geruime tijd en er gaat een bijna ondraaglijke nood over de aarde. Dit is het begin van een tijdvak, waarin de mens zich weer meer van zijn eigenlijke bestemming bewust wordt. Want deze nood laat hem de weg naar God vinden, maar laat hem ook bij Hem vertoeven in toekomstige tijden. En deze nood zal zich uiten in heel verschillende vorm, maar steeds zullen hogere krachten de oorzaak zijn. De mens zal dus nooit in staat zijn uit eigen kracht de nood af te wenden of te verminderen. En dus vinden de mensen de weg naar God daardoor eerder dan voorheen. En de Heer brengt de mens Zijn Woord over, opdat hij in deze tijd een houvast zal hebben, opdat hij door dit Woord zal worden gesterkt en er voor zichzelf kracht uit haalt voor de tijd van de zware beproevingen.
En weer moet worden gezegd, dat alleen daar, waar het goddelijke Woord in ontvangst wordt genomen, waar het licht uit de hemel schijnt, er ook een duidelijk merkbare verlichting van de aardse nood te zien is. De mens zal voor zichzelf zijn toestand van lijden kunnen verkleinen, als zijn wil gericht is op God. Dit is de voornaamste en uiteindelijke reden, dat God een dergelijke nood over de aarde laat gaan. En er zal geen land van verschoond blijven. Alle mensen zullen leed moeten doorstaan, omdat de zin en het doel van het lijden de terugkeer naar God is; omdat de gedachten, die God hebben losgelaten, zich weer op Hem moeten richten.
Maar de Heer belooft Zijn bescherming aan diegenen, die Hem liefhebben. En als het geloof aan deze belofte sterk is, komt de mens niet beschadigd aan lichaam en ziel uit alle ellende tevoorschijn. De Vader in de hemel Zelf bekommert Zich om dit kind. En Hij leidt het door alle gevaren heen. Het is nu duidelijk zichtbaar, dat alleen het zich naar God keren redding brengt uit de ergste nood. Maar niet alle mensen onderwerpen zich aan de Wil van God. Niet alle mensen trekken de consequenties en verkleinen de afstand tot God. Hun wil is veelmeer in versterkte mate gericht op het terug verkrijgen van aardse goederen en het herstellen van de oude toestand waarin ze leefden.
En dus heeft de grote nood die mensen geen verandering van hun denken gebracht. Het verlangen naar materie, naar het kwaad, is beduidend sterker geworden. De gedachte aan God is echter minimaal of helemaal uitgeschakeld. Zulke mensen kennis te willen laten maken met het Woord Gods is zonder succes. Ze kunnen niet anders van de vergankelijkheid van aards bezit worden overtuigd. En waar het totale verval van gehele landstreken dit niet duidelijk genoeg tot hen kon laten doordringen, is elke aanwijzing tevergeefs.
De hang naar de materie is groter en zal op aarde nauwelijks kunnen worden overwonnen. Maar wederom kan het verlangen hiernaar niet tegelijkertijd een verlangen naar God en Zijn Woord teweegbrengen. Bijgevolg zal de mens afwijzend staan tegenover dit laatste. En deze toestand is heel wat troostelozer dan tevoren, omdat ook het laatste hulpmiddel heeft gefaald en de mens niet in zijn vrije wil belemmerd kan worden. Dit zijn de zielen, die de satan geheel in zijn macht heeft. Alleen het gebed voor zulke mensen kan een veranderende invloed uitoefenen, voor zover diepe liefde voor die ongelukkige mensen hen graag uit de nood van de ziel wil bevrijden.
Amen
Traduttore