L'esprit qui vous lie encore à la Terre est contre Moi, parce que tout ce que vous désirez lui appartient ; c’est du spirituel encore très loin de Moi, qu’il possède encore et qu'il veut empêcher de revenir à Moi. Vous-mêmes en tant qu’homme vous êtes déjà considérablement avancés dans votre développement, mais malgré cela tant que vous êtes encore en son pouvoir vous n'apprenez pas encore à dédaigner la matière car vous lui appartenez encore totalement. Vous devez savoir la liaison spirituelle de la matière avec lui, vous devez savoir que tout ce qui vous est visible, est du spirituel imparfait, donc la part de Mon adversaire. Si maintenant celui-ci tient vos sens captifs, vous vous trouvez encore dans son domaine, votre volonté est tournée vers lui. Vous pouvez cependant vous libérer de lui, du désir ardent de ce qui lui appartient, alors vous échappez à son pouvoir, alors en quelque sorte vous vous élevez de la Terre dans le Règne de l'Esprit qui appartient à Moi et où vous devez habiter selon votre destination, pour pouvoir agir et régner selon Ma Volonté. Vous devez donc effectuer le changement de votre volonté, vous devez apprendre à dédaigner le monde matériel, vous devez apprendre à le voir comme ce qu’il est en réalité, un conglomérat de spirituel non encore mûr et rebelle contre Moi, et qui doit se purifier. Vous devez donc vous poser au-dessus de la matière, parce que vous êtes du spirituel plus hautement développé dans ce monde matériel, et vous devez chercher à dénouer encore les derniers liens avec ce monde, mais pour cela vous devez boucler le lien avec le Règne où Je Suis le Dominateur, où tout est spiritualisé et inconcevablement heureux. Vous devez vous libérer consciemment de la domination de Mon adversaire et venir à Moi. Mais tant que la matière vous enchaîne encore, tant que vous en ressentez encore le désir, vous n'êtes pas encore libre de sa domination et donc vous n’êtes pas encore aptes pour le Règne spirituel, parce que Je veux posséder votre amour entier, Je veux capturer entièrement votre pensée ; Je peux agir en vous seulement si vous êtes totalement libres de son être. Mais alors votre part est la Liberté, la Force et la Lumière, alors le spirituel en vous est libéré de son pouvoir et donc celui qui s'est élevé jusqu’à Moi, ne peut maintenant plus se séparer de Moi dans l’éternité. Tant que vous demeurez sur la Terre, il vous tentera continuellement, mais sans le désir pour la matière vous êtes protégés contre ses tentations, alors vous avez dépassé la matière, alors vous désirez seulement encore les biens du Règne spirituel, et dans la possession de ces biens vous êtes forts et donc aussi victorieux sur celui qui est Mon adversaire. L'avoir dépassé signifie être devenu Mon fils, être aspirant à Mon Règne qui n'est pas de ce monde, qui vous offre des Béatitudes qui sont incommensurables et qui compensent vraiment la difficile lutte sur la Terre contre l'adversaire, mais qui ne peuvent pas être conquises autrement qu’à travers la lutte.
Amen
TraducteursDe geest die u nog aan de aarde gekluisterd houdt staat vijandig tegenover Mij. Want alles wat u begeert behoort hem toe. Het geestelijke dat hij nog bezit is nog ver van Mij verwijderd en hij wil verhinderen dat het naar Mij terugkeert. U zelf bent als mens al aanzienlijk vooruitgegaan in uw ontwikkeling en toch bent u nog in zijn macht zolang u nog niet de materie hebt leren verachten als hem nog geheel en al toebehorend. U zult weet moeten hebben van de geestelijke samenhang. U zult moeten weten dat alles wat voor u zichtbaar is, onvolmaakt geestelijks is, dus deel van mijn tegenstander.
Houdt dit nu echter uw zinnen gevangen, dan bevindt u zich nog in zijn gebied, wilsmatig op hem gericht. Kunt u zich daar echter vrij van maken, van de begeerte naar dat wat hem toebehoort, dan ontsnapt u ook aan zijn macht. Dan verheft u zich als het ware van de aarde naar het rijk van de geest dat Mij toebehoort en dat u overeenkomstig uw bestemming zult mogen bewonen om daarin te kunnen doen en laten in overeenstemming met mijn wil.
Op aarde zult u nu deze verandering van uw wil moeten volbrengen. U zult de materiële wereld moeten leren verachten. U zult ze moeten zien als dat wat ze in werkelijkheid is: een opeenhoping van onrijp, zich nog tegen Mij verzettend geestelijks dat zich moet louteren. U zult daarom boven de materie moeten gaan staan, omdat u in de ontwikkeling het hoogste geestelijke bent op deze aards materiële wereld. En u zult moeten proberen nog de laatste banden met deze wereld te verbreken en daarvoor in de plaats de band aanknopen met het rijk waar Ik Heerser ben, waar alles vergeestelijkt en onnoemelijk gelukkig is. U zult u bewust moeten bevrijden uit de heerschappij van mijn tegenstander en naar Mij moeten komen.
Maar zolang de materie u nog gevangen houdt, zolang u er verlangen naar bespeurt, bent u nog niet vrij van zijn heerschappij en daarom nog niet geschikt voor het geestelijke rijk. Want Ik wil uw ongedeelde liefde bezitten. Ik wil heel uw denken in beslag nemen. Ik kan pas dan in u werkzaam zijn, als u geheel vrij bent van zijn wezen. Maar dan is vrijheid, kracht en licht uw deel. Dan heeft het geestelijke in u zich bevrijd uit zijn macht en zich tot Mij verheven, van Wie het zich nu eeuwig niet meer kan scheiden. Zolang u op aarde verblijft, zal hij u voortdurend verleiden. Maar zonder het verlangen naar de materie bent u gevrijwaard van zijn verzoekingen. Dan hebt u de materie overwonnen, dan verlangt u alleen nog maar naar de goederen van het geestelijke rijk. En in het bezit van deze goederen bent u sterk en dus ook overwinnaar op degene die mijn tegenstander is. Hem overwonnen te hebben betekent echter mijn kind te zijn geworden, kandidaat te zijn voor mijn rijk dat niet van deze wereld is, dat u gelukzaligheden schenkt die onmetelijk zijn en die waarlijk opwegen tegen de zware strijd op aarde tegen de tegenstander, doch anders dan door strijd nooit te verwerven zijn.
Amen
Traducteurs