• Retour

Dieu un Juge doux, mais juste – l'expiation sur la Terre

C’est la Justice compensatoire de Dieu qui fait que les hommes qui veulent du mal aux autres, sont souvent punis avec le même mal et doivent encore expier sur la Terre ce qu’ils se sont chargés sur eux-mêmes comme dette pour leurs péchés. Mais c’est à nouveau une Grâce lorsqu’il leur est donné sur la Terre la possibilité d’expier pour qu'ils ne doivent pas emporter avec eux tout le poids de leur faute dans le Royaume de l'au-delà, où il est beaucoup plus difficile de se libérer d’une faute. Sur la Terre la punition peut lui faire reconnaître l'injustice, il peut s'en repentir et donc expier avec plus de facilité, tandis que dans l'au-delà la reconnaissance est beaucoup plus difficile et au travers des tourments il peut devenir toujours plus obstiné. Mais l'homme ne l'admet pas et rarement il se repentit de son péché, parfois il entend endommager encore davantage le prochain, bien que lui-même ait à sentir l'effet de sa mauvaise volonté. Mais alors il est endurci et emporte avec lui sa faute dans le Royaume de l'au-delà. Cela doit être précisé pour pouvoir maintenant comprendre pourquoi infiniment tant d'hommes ont à supporter une grande souffrance dans le temps de la fin, pourquoi alors qu’ils sont dans la misère la plus amère ils ne reçoivent souvent aucune aide de la part du prochain, parce qu’eux-mêmes étaient insensibles à la misère du prochain du temps où ils pouvaient aider s'il ne leur en avait pas manqué la volonté. Et s'ils pensent à leurs péchés et à leurs omissions, et exercent sur eux-mêmes la plus âpre critique, si maintenant ils les reconnaissent eux-mêmes et se repentissent de leur injustice, la punition sera pour eux supportable et leur faute peut devenir plus petite déjà sur la Terre, et alors même le temps de misère est une bénédiction pour ceux-là, parce qu'à eux il est offert une Grâce, ils peuvent sérieusement réfléchir sur eux-mêmes, admettre leur péché face à Dieu et Lui demander Pardon et alors la grandeur de faute diminuera vraiment, parce que Dieu est un Juge doux, et là où Il voit que l'homme se repentit de son péché, Il réduit la punition et Il lui pardonne, mais sans la reconnaissance de sa faute l’homme ne peut pas trouver le Pardon, parce que Dieu est bien un Juge doux, mais Il est juste.

Amen

GOD is een milde maar rechtvaardige Rechter Boete doen op aarde

Het is de in evenwicht brengende Rechtvaardigheid GOD's, dat de mensen die anderen kwalijk gezind zijn, vaak door hetzelfde kwaad worden getroffen en ze nog op aarde moeten uitboeten, wat ze aan zondenschuld op zich hebben geladen. Toch is het weer een genade wanneer hun op aarde de mogelijkheid geboden wordt, boete te doen en zij hun schuld niet in z'n hele zwaarte mee moeten overnemen in het rijk hierna, waar het heel wat moeilijker is vrij van schuld te komen. Op aarde kan de straf hun het onrecht laten zien, ze kunnen berouw hebben en daardoor makkelijker boete doen, terwijl in het hiernamaals het inzien heel wat moeilijker is en ze door kwellingen alleen maar steeds koppiger kunnen worden.

Maar niet altijd ziet de mens zijn onrecht in en heeft hij er spijt van, integendeel is hij er soms nog meer op bedacht de medemens schade toe te brengen ofschoon hij zelf de uitwerking van de kwade wil moet ondergaan. Maar dan is hij verhard en neemt hij zijn schuld mee over in het rijk hierna. Met het voorgaande moest worden begonnen om nu te kunnen begrijpen, waarom oneindig veel mensen groot leed hebben te dragen in de eindtijd, waarom ze vaak in bitterste nood geen hulp krijgen van de kant van de medemensen, want ook zij stonden gevoelloos tegenover de nood van de medemensen in tijden waarin ze konden helpen als hun de wil niet had ontbroken.

En als ze aan hun zonden en nalatigheden denken en op zichzelf kritiek uitoefenen, als ze zich nu zelf doorzien en berouw hebben over hun onrecht, zal ook de straf voor hen te dragen zijn en hun schuld kan op aarde al minder worden en dan is voor dezen ook de tijd van nood tot zegen, want die bracht hun genade, ze kunnen serieus bij zichzelf te rade gaan, tegenover GOD hun onrecht bekennen en HEM om vergeving vragen. En dan zal de grootte van de schuld waarlijk verkleind worden, want GOD is een milde Rechter, en waar HIJ ziet dat de mens berouw heeft over zijn gedane onrecht, vermindert HIJ zijn straf en vergeeft hem. Maar zonder zijn schuld toe te geven, kan hij geen vergeving vinden, omdat GOD wel een milde, maar rechtvaardige Rechter is.

Amen