Nuevas creaciones seguirán surgiendo en esta tierra todavía durante eternidades, y continuará el desarrollo ascendente de lo espiritual , que todavía está atado en la materia dura y en otras obras de la creación, porque un espíritu primitivo que alguna vez cayo necesita todavía tiempos eternos para este regreso de la profundidad más profunda hacia la altura, hasta la etapa de encarnación como ser humano, que le permite caminar sobre la tierra para hacer su última prueba de voluntad: a favor o en contra de Dios, a Quien una vez resistió y por eso cayó....
Infinitamente mucho de lo espiritual caído todavía tiene que seguir este camino, y hay eternidades en las que este espiritual permanece lejos de Dios en la mayor miseria hasta que incluso se le permite iniciar este camino de retorno.... hasta convertirse en materia según la voluntad de Dios y entonces ascender lentamente en las creaciones materiales. Por eso toda la materia es ya un estado de atadura, que demuestra que el amor de Dios ya se ha ocupado de lo espiritual endurecido para moldearlo según Su voluntad, entonces ya está atrapado por la fuerza del amor de Dios, que lo envolvió, para darle una determinación para servir, sin importar si está al inicio de su desarrollo o ya está avanzado.
Toda la materia es lo espiritual endurecido, encerrado en un caparazón a través de la fuerza del amor de Dios, que en virtud de un propósito ha recibido un caparazón. No siempre es posible para vosotros, humanos, reconocer el propósito, pero nada en toda la creación carece de significado y propósito, sólo que a menudo, solo lo Dios sabe, porque el pensamiento y la comprensión humana todavía son limitados. Pero sólo como seres humanos los espíritus primitivos pueden volver a reconocerse como seres, porque antes no tenían conciencia de sí mismos. Y mientras la tierra exista y contenga creaciones de todo tipo innumerables espíritus primigenios estarán atados en ella, los cuales todavía tienen que reunirse y encontrarse a sí mismos para poder vivificar una vez la forma de un ser humano, una vez que esas partículas atadas hayan alcanzado su madurez adecuada al respecto.
Y mientras haya creaciones dentro, en y encima de la tierra, no podrá haber fin para esta tierra, que sirve como estación de maduración para ese espiritual caído. Por eso no se puede hablar de la destrucción de la tierra si se entiendo esto por una desaparición, una disolución total del cuerpo terrestre.... porque las sustancias espirituales necesitan cubiertas y por lo tanto siempre nuevas creaciones que les ofrezcan un lugar dependiendo de su estado de madurez, que las partículas individuales ya han alcanzado.
Un día la tierra también será una creación puramente espiritual, pero hasta entonces aún pasarán eternidades porque una creación espiritual sólo puede albergar seres espirituales maduros y las innumerables creaciones en la tierra sólo prueban cuánta vida espiritual no redimida ha fijado su residencia en esas creaciones. Y este espiritual no puede saltar a voluntad fases de desarrollo; tiene que, según la ley natural, llegar desde lo más profundo a lo más alto, según el orden divino, en el que se desarrolla el plan de Salvación de Dios.... el regreso de lo que se había apostató de Él.... fue diseñado y se lleva acabo.
Y es precisamente este plan de Salvación de Dios que requiere eternidades y también requiere nuevas creaciones una y otra vez, de lo contrario no podría tener lugar el constante cambio de las formas externas, lo cual es siempre necesario para dar a lo espiritual la oportunidad de una actividad de servicio a través de la cual se garantiza el desarrollo ascendente. El constante devenir y desaparecer en la naturaleza es un proceso según el orden divino que se realiza según la ley natural.... pero de vez en cuando tienen lugar actos de violencia según la voluntad de Dios para disolver continuamente la materia sólida para liberar lo espiritual dentro de ella, que ahora debe seguir su curso de desarrollo en formas exteriores más ligeras.... y al mismo tiempo capturar y atar nuevamente todo lo espiritual caído en las formas más duras.
Y la tierra tendrá que cumplir esta tarea todavía por la eternidad, probablemente será transformada una y otra vez, pero no podrá perecer, porque hasta que se habrá encarnado el último elemento espiritual en esta tierra, pasará un tiempo indescriptiblemente largo para vosotros, lo humanos, podéis describirlo fácilmente con la palabra “eternidad”. Y, sin embargo, también podéis hablar de la ruina de la tierra, porque lo que os espera significa para vosotros, los humanos, el fin de vuestra vida, porque nada quedará vivo (29.01.1959), los humanos y los animales perderán la vida, excepto del pequeño grupo que aquellos que serán arrebatados para luego convertirse en la nueva tribu de la raza humana en la tierra rediseñada, que ha de poblar la tierra nueva, como es la voluntad de Dios....
amén
TraductorEr zullen nog eeuwigheden lang nieuwe scheppingen op deze aarde ontstaan en de positieve ontwikkeling van het geestelijke dat nog in de harde materie en andere scheppingswerken is gekluisterd, zal doorgaan, want het vergt alleen al eeuwige tijden van een eens gevallen oer-geest om uit de diepste diepte terug te keren en opwaarts te gaan tot aan het stadium waar hij als mens belichaamd over de aarde mag gaan om zijn laatste wilsproef af te leggen: voor of tegen God, tegen Wie hij eens in verzet kwam en daarom viel.
Nog eindeloos veel van het gevallen geestelijke moet deze weg gaan en het zijn eeuwigheden waarin dit geestelijke ver van God in de meest ongelukkige toestand vertoeft, totdat het ook zelfs maar deze gang mag beginnen om terug te keren, totdat het materie wordt volgens Gods wil en dan in materiële scheppingen langzaam omhoog klimt. Daarom is elke materie al een toestand van gebondenheid die bewijst dat Gods liefde zich heeft ontfermd over het verharde geestelijke om het naar Zijn wil te vormen. Want het is dan al vastgepakt door de liefdeskracht van God, Die het omhulde om hem een dienende bestemming te geven, ongeacht of het aan het begin van zijn ontwikkeling staat of zich al verder heeft ontwikkeld. Elke materie is verhard geestelijks, door de liefdeskracht van God omhuld, dat ter wille van een bepaald doel zijn omhulsel heeft gekregen. Het is voor u mensen niet altijd mogelijk het doel in te zien, maar in de gehele schepping is er niets zonder zin en doel. Het is echter vaak alleen bij God bekend, omdat het denken en bevattingsvermogen van de mensen nog begrensd is. Maar pas als mens kunnen de oer-geesten zich weer herkennen als wezen, want tevoren waren ze zich van zichzelf niet bewust. En zolang de aarde bestaat en scheppingen bevat van de meest verschillende soort, zolang zijn dus ontelbare oer-geesten daarin gekluisterd, die zich allen nog moeten verzamelen en schikken, om dan eenmaal de vorm van een mens te kunnen bewonen, wanneer die gebonden partikeltjes hun daartoe behorende rijpheid hebben verkregen. En zolang er dus in, op en boven de aarde scheppingen zijn, zolang kan er ook geen einde zijn aan deze aarde, die dient als verblijfplaats voor dat gevallen geestelijke om rijp te worden. Daarom kan er ook niet van een ondergang van de aarde worden gesproken, wanneer daar een totaal vergaan, een algehele oplossing van het lichaam aarde onder wordt verstaan. Want de gebonden geestelijke substanties hebben omhulsels nodig en dus steeds weer nieuwe scheppingen die hun een verblijfplaats bieden, al naar gelang de toestand van rijpheid die de afzonderlijke deeltjes al hebben bereikt. Weliswaar zal ook de aarde eens een zuiver geestelijke schepping zijn, maar tot dan zullen er eeuwigheden voorbijgaan, omdat een geestelijke schepping alleen geheel rijpe geestelijke wezens kan bevatten en de talloze scheppingen op de aarde steeds alleen maar bewijzen hoeveel niet verlost geestelijks in die scheppingen verblijft. En dit geestelijke kan niet naar believen ontwikkelingsfasen overslaan. Het moet volgens de natuurwet uit de diepte opwaarts gaan, overeenkomstig de goddelijke ordening, waarin het heilsplan van God - het terugvoeren van het afgevallene naar Hem - werd ontworpen en wordt uitgevoerd. En juist dit heilsplan van God vereist eeuwigheden en het vraagt steeds weer nieuwe scheppingen, daar anders de wisseling van de uiterlijke vorm niet zou kunnen plaatsvinden, die steeds weer noodzakelijk is om het geestelijke de gelegenheid te geven dienend werkzaam te zijn, waardoor de positieve ontwikkeling wordt gewaarborgd. Het voortdurende ontstaan en vergaan in de natuur is een gebeuren volgens goddelijke ordening, dat zich naar de wetten van de natuur voltrekt.
Maar van tijd tot tijd vinden ook voorvallen van geweld plaats naar de wil van God, om steeds weer de harde materie op te lossen en het geestelijke daarin los te laten, dat zijn ontwikkelingsgang nu in gemakkelijker uiterlijke vormen moet aanvaarden, en tegelijkertijd weer gevallen geestelijks te vangen en te kluisteren in de hardste vorm. En de aarde zal nog eeuwige tijden voor deze taak moeten dienen. Ze zal wel steeds weer worden omgevormd, maar niet kunnen vergaan. Want tot ook het laatste geestelijke op deze aarde belichaamd zal zijn, is voor u mensen een onvoorstelbaar lange tijd nodig, die u goed met het woord “eeuwigheid” zult kunnen aanduiden. En toch zult u ook kunnen spreken van een ondergang van de aarde. Want wat voor u ligt, betekent voor u mensen een beëindiging van uw leven. Want niets zal in leven blijven. Mensen en dieren zullen hun leven verliezen, uitgezonderd de kleine schaar van diegenen, die worden opgenomen om dan weer op de nieuwe aarde de stam te worden van het menselijke geslacht dat de nieuwe aarde moet bevolken zoals het Gods wil is.
Amen
Traductor