Vuestra misión es enseñar, llevar la Verdad entre los hombres, para que lo oscuro se retire de ellos, que los retiene abrazados, que los impide sentir el beneficio de la Luz. Mientras el hombre tenga un espíritu oscurecido, anda un mal camino, pues el buen camino se llama "Verdad". La Verdad sólo sale de Mí y lleva a Mí de regreso. Comprendédlo, hombres, que Yo no hago una concesión a medias, si se trata de vuestra bienaventuranza. Comprendédlo, que Yo como la Verdad eterna no puedo ser tolerante ante el engaño o el error. Comprendédlo, que por eso dirijo la Verdad a la tierra, porque es necesario que la viváis, porque cada día se os pierde que andáis sin la Verdad, pues la Verdad únicamente Me refleja a Mí, como Yo soy, y sólo teniendo una justa imágen de Mí, podéis amarme y alcanzar la bienaventuranza por medio de ella. Toda enseñanza errónea es un intento de Mi adversario en desfigurar Mi Imágen y que disminuya el amor a Mí, cada enseñanza hereje es buen suelo para nuevas herejías, y pronto estáis enfrente del matorral, que es inextricable y ya no deja que lo atraviese ningún rayo de Luz más, que iluimine vuestro espíritu.
Y por eso mismo Me formo Yo portadores de Luz, para que a vosotros hombres, os lleven la Verdad; por eso los inicío Yo primero en la Verdad, y les doy el encargo de que actúen aclarando allí donde sea. Por eso pongo tantas veces la Verdad enfrente de las herejías, para motivar a que una vaya contra la otra, pues Yo quiero que aparezcan dudas en los corazones, pues uno que duda empieza primero a cavilar y a indagar la Verdad. Mi Doctrina, que Yo dí en la tierra a los hombres, está por parte de los hombres tan entremezclada de error y ya no puede repercutir saludable en los hombres para su salvación. Y por eso quiero purificarla, por eso de nuevo la doy en la forma más pura, y tengo cuidado, de que esta Enseñanza sea transmitida a los hombres que son de buena voluntad. Quien la quiera aceptar, experimentará las mayores bendiciones, quien la rechace, tiene que llevar en sí la responsabilídad.
Pero Yo necesito distribuidores de ésta Mi Doctrina pura en la tierra. Yo necesito discípulos, a los que ahora también pueda decírles de nuevo: Id y enseñad a todas la naciones. Yo necesito por eso apóstoles, que en Mi Nombre hablen sobre la tierra y anúncien a los hombres Mi Palabra. Y estos han de presentarse valientes contra los representantes de enseñanza heréticas; pues esa es su función, su misión, para la cual los he llamado, a que sin timidez opongan la Verdad en contra al error, que sin temor dén explicación de los daños que le resultan al alma, tanto tiempo como estén mal instruídos, tanto tiempo como no estén en la Verdad, la única que conduce a Mí. Vosotros hombres, bien podéis también dirigíros a Mí a pesar de las doctrinas heréticas, pero es una lucha sin resultado, pues tenéis que comprender que el error y la mentira no es obra Mía, sino las obras de Mi adversario, y que por eso impiden todo ascenso, lo hace imposible, que además una obra de Mi enemigo jamás puede llevar a un ascenso, sino sólo y únicamente os ayuda a subir a la altura la Verdad.
Yo no puedo hacer concesiones y avalorar el error igual que la Verdad, Yo sólo puedo reconocer la buena voluntad y bendecirla, llevandoos la Verdad, pero vosotros mismos tenéis entonces que abriros, no podéis o debéis cerraros a la Verdad, de lo contrario fracasa vuestra voluntad. Tenéis que anhelarme a Mí y de ese modo anhelar la Verdad, ansiarla y entonces con seguridad llegáis en su posesión. Pero no supongáis que Yo os apruebo, si queréis persistir en el error. A quien Yo le envío la Verdad, es capaz también de examinarla y de reconocerla como Verdad, pues Yo no pido de vosotros nada imposible. No obstante quien de Mí la recibe, ese que abogue por ella también y la haga entrar en acción difundiéndola sin temor, que no tema aparecer a los demás demasiado duro, pues el error no se puede suficientemente hacer resaltar enérgicamente, porque él es la obra de Mi enemigo, que se subleva plenamente contra Mí.
El error y la mentira ocasionan desconciertos infernales y roban a los hombres toda clase de conocimiento; ellos no son de ningún modo Luz, sino que proceden de las más profundas tinieblas. Por eso íd en contra del error y la mentira bien valientes, puesto que tenéis en la Verdad un arma que os asegura el triunfo. Yo os he elegído de combatientes Míos, y debéis luchar con la espada de la boca, no seáis miedosos de que a uno de vuestros hermanos le quitéis la fe de niño, pues ésta no le sierve al hombre para la perfección mientras sea falsa. Vosotros podéis, sin embargo, darle en cambio algo bueno, puro, sumamente eficaz, la Verdad, que de Mí Mismo habéis recibido. Vosotros podéis darle más de lo que le quitáis, vosotros arrancáis su alma del dominio de Mi enemigo y la lleváis a Mí.
Amén
TraductorUw taak is: onderwijzen, de waarheid onder de mensen brengen, opdat het donker van hen wijkt dat hen omvangen houdt, dat hen hindert om de weldaad van het licht te bespeuren. Zolang de mens een verduisterde geest heeft, gaat hij een verkeerde weg, want de ware weg heet Waarheid. De waarheid echter gaat van MIJ uit en voert weer naar MIJ terug.
U, mensen begrijp toch, dat IK geen gedeeltelijke concessies kan doen, wanneer het om uw gelukzaligheid gaat, begrijp toch dat IK, als de eeuwige WAARHEID tegenover de leugen of dwaling niet tolerant kan zijn. Begrijp toch, dat IK daarom de waarheid naar de aarde stuur, omdat het nodig is, dat u haar te weten komt, omdat elke dag voor u verloren gaat, waarin u zonder waarheid voort leeft, want alleen de waarheid geeft MIJ zo weer, zoals IK ben en alleen wanneer u een juist beeld van MIJ hebt, zult u MIJ ook kunnen liefhebben en daardoor gelukzalig worden. Elke verkeerde leer is een poging van Mijn tegenstander van MIJ een verkeerd beeld te geven en de liefde voor MIJ te verminderen, elke verkeerde leer is een goede bodem voor nieuwe dwaalleren en spoedig staat u tegenover een struikgewas dat onontwarbaar is en geen lichtstraal meer doorlaat, die uw geest verlicht.
En daarom leid IK ME lichtdragers op die u, mensen de waarheid moeten brengen, daarom maak IK hen eerst vertrouwd met de waarheid en geef hun de opdracht verhelderend werkzaam te zijn, waar het ook is. Daarom stel IK zo vaak de waarheid tegenover de dwaalleren om ervoor te zorgen dat ze tegen elkaar ingaan, want IK wil dat in de harten twijfels opkomen, want pas iemand die twijfelt, begint te piekeren en te zoeken naar de waarheid.
Mijn leer, die IK de mensen op aarde gaf, is van menselijke kant uit zo met dwaling vermengd, dat ze nooit meer 'n heilzame uitwerking op de mensen hebben kan. En daarom wil IK ze reinigen, daarom geef IK ze opnieuw in haar zuiverste vorm en draag er zorg voor dat deze leer aan de mensen die van goede wil zijn, wordt overgebracht. Wie ze wil aannemen zal de grootste zegen ondervinden, wie ze afwijst moet ook de verantwoording dragen.
Maar IK heb mensen nodig die deze zuivere leer van MIJ uitdragen op aarde, IK heb volgelingen nodig tot wie IK ook nu weer zeggen kan:"Ga uit en onderricht alle volkeren". IK heb dus apostelen nodig die in Mijn Naam op aarde spreken en de mensen Mijn Woord verkondigen. En dezen moeten moedig optreden tegen hen die de dwaling aanhangen want dat is hun ambt waartoe IK ze heb aangesteld, zonder vrees de waarheid tegenover de dwaling te stellen, zonder schroom uitsluitsel te geven welke schade er voor de ziel ontstaat zolang ze verkeerd wordt onderricht, zolang ze niet in de waarheid wandelt, die alleen naar MIJ leidt. U, mensen zult ondanks dwaalleren ook op MIJ kunnen aansturen, maar het is een vruchteloos worstelen, want u zult moeten begrijpen dat de dwaling en de leugen niet Mijn werk zijn, integendeel het werk van Mijn tegenstander en dat ze daarom elke vooruitgang verhinderen, dat verder een werk van Mijn tegenstander nooit vooruitgang kan brengen, maar slechts alleen de waarheid u helpt opwaarts te gaan.
IK kan geen concessies doen en de dwaling net als waarheid waarderen. IK kan alleen de goede wil aanvaarden en hem zegenen doordat IK u de waarheid doe toekomen, maar uzelf moet u dan ook openstellen, u mag u niet voor de waarheid afsluiten daar anders uw wil te kort schiet. U zult naar MIJ en dus naar de waarheid moeten verlangen en u zult deze dan zeker in uw bezit krijgen. Maar neem niet aan dat IK het met u eens ben als u wilt volharden in de dwaling. Wie IK de waarheid toezend, is ook in staat deze te onderzoeken en te herkennen als waarheid, want IK vraag niets onmogelijks van u.
Maar wie ze van MIJ ontvangt, die moet er zich ook voor inzetten en zonder schroom er voor uitkomen, hij moet niet bang zijn te hard te lijken, want de dwaling kan niet scherp genoeg worden aangetoond, omdat ze het werk is van Mijn tegenstander, die duidelijk zichtbaar tegen MIJ in opstand is. De dwaling en de leugen richten heilloze verwarringen aan en beroven de mens van elk inzicht, ze zijn geen licht maar komen uit de diepste duisternis.
Treed daarom moedig tegen dwaling en leugen op, daar u in de waarheid een wapen hebt dat u de overwinning verzekert. IK heb u uitverkoren als Mijn strijders en u zult moeten strijden met het "zwaard van de mond", u zult niet bang moeten zijn dat u van een van uw medemensen hun lichtgelovigheid ontneemt, want dit is niet dienstig voor de mens zich te voltooien zolang het vals is. Maar u kunt iets goeds, zuivers en buitengewoon doeltreffends er tegenoverstellen: de waarheid die u van MIJ Zelf hebt ontvangen. U zult meer kunnen geven dan u van hen afneemt, u ontrukt hun zielen aan de macht van Mijn tegenstander en leidt ze naar MIJ.
Amen
Traductor