Comparar anuncio con traducción

Otras traducciones:

Unificación de espíritu, alma y cuerpo.... Lucha contra la materia....

En el reconocer de la verdad de Dios reside la mayor satisfacción y la sensación de seguridad más segura en el corazón del Padre. Porque quien ha llegado a conocer a Dios a través de la transmisión de la verdad, ya está conectado con Él en su espíritu, y se siente parte de Él y, por tanto, libre y sin cargas según el alma, aunque el cuerpo todavía esté terrenalmente atado.

Así, el ser humano todavía puede sufrir físicamente, pero sólo cuando no escucha las ideas del alma, cuando la Tierra todavía lo agobia de vez en cuando y él trata de lidiar con ella en vez de consultar al alma, es decir, cuando se aparta seriamente de los pensamientos mundanos y busca ayuda en tiempos de necesidad del alma, que entonces le muestra la falta de fundamento de las preocupaciones terrenales y sólo lo remite al Amor divino, que siempre ayuda donde se espera fielmente Su ayuda. Porque el alma se encuentra en el proceso de cognición y no puede afirmarse con su conocimiento cuando los pensamientos del ser humano todavía se dirigen hacia fuera en lugar de hacia adentro.

El sentimiento de seguridad surge inmediatamente cuando el ser humano busca la soledad y establece una conexión con Dios, una conexión que el alma mantiene continuamente, pero de la que el ser humano no es consciente mientras sus pensamientos divagan. Pero si se une al alma, entonces ésta puede darle inmediatamente la paz y la tranquilidad que ella misma posee a través del conocimiento de la Verdad eterna. Porque el alma es una con el espíritu en sí misma, la cual es parte del Espíritu Padre desde la eternidad.

Donde espíritu y alma ya son uno, el ser humano sólo se encuentra por tanto tiempo en la necesidad corporal hasta que él también se une al espíritu y al alma. Pero como el ser humano se encuentra en medio de la vida, está constantemente expuesta a presiones externas, cuyo único propósito, sin embargo, es asegurar que el cuerpo también se vuelva lo más espiritual posible, que entre conscientemente en la relación correcta con la materia, para que no se convierta en su esclavo, sino en su amo.

El ser humano no debe dejarse perturbar por las cosas puramente mundanas, y por eso debe luchar continuamente con aquello que lo oprimirá y que debe conquistar alejándose de ello, mirando hacia arriba y haciendo de Dios el contenido de sus pensamientos. Entonces todo lo que le oprime se aleja de él, entonces sentirá la fuerza y el poder de Dios y se sentirá seguro en Su cuidado, entonces todas las sombras de las preocupaciones mundanas se apartarán.... entonces se entregará a Su amor y gracia y encontrará paz en Dios....

Pero la verdad ya debía haber obrado en él, ya tenía que haber reconocido a Dios y amarle a Él, porque de lo contrario el alma no podrá unirse con el espíritu y entonces el cuerpo arrastraría al alma a la lucha terrena. Por lo tanto, el primer objetivo de ser humano es permanecer en la verdad, porque sólo entonces se puede esforzar por un Ser verdaderamente conocido, y el esfuerzo consciente hacia Dios da como resultado la unificación del espíritu y el alma....

amén

Traductor
Traducido por: Hans-Dieter Heise

Het verenigen van geest, ziel en lichaam - Strijd tegen materie

De grootste bevrediging en het zekerste gevoel van geborgenheid aan het hart van de Vader liggen in het inzien van de waarheid uit God. Want wie God heeft leren kennen door het overbrengen van de waarheid, is in zijn geest al met Hem verbonden. Hij voelt zich als een deel van Hem en naar de ziel daarom vrij en onbezorgd, ofschoon het lichaam nog aards is gebonden. Dus kan de mens naar zijn lichaam nog wel lijden, maar steeds alleen dan, wanneer hij de terechtwijzingen van de ziel geen gehoor schenkt, wanneer de aarde hem soms nog belast en hij tracht haar het hoofd te bieden in plaats van de ziel te raadplegen, dat wil zeggen zich serieus afwendt van wereldse gedachten en hulp in de nood zoekt bij de ziel, die hem dan de ongegrondheid van aardse zorgen toont en hem naar de goddelijke liefde verwijst, die steeds helpt waar de hulp gelovig wordt verwacht. Want de ziel heeft het inzicht en kan zich niet alleen handhaven met haar weten, waar de gedachten van de mens nog naar buiten zijn gericht in plaats van naar binnen. Het gevoel van geborgenheid doet zich dadelijk voor wanneer de mens de eenzaamheid zoekt en de verbinding met God tot stand brengt. Een verbinding die wel dadelijk door de ziel wordt verzorgd, maar waar de mens zich niet bewust van is zolang zijn gedachten afdwalen. Sluit hij zich echter bij de ziel aan, dan kan ze hem dadelijk de vrede en de rust verschaffen die ze zelf bezit door het inzicht in de eeuwige waarheid. Want de ziel is verenigd met de geest in haar, die een deel is van de geest van de Vader van eeuwigheid. Waar geest en ziel al één zijn, is de mens alleen naar het lichaam nog in nood, zolang, tot ook dat zich bij de geest en de ziel aansluit. Maar daar de mens midden in het leven staat is hij voortdurend blootgesteld aan benarde toestanden van buitenaf, die echter alleen ten doel zullen hebben, dat ook het lichaam zich naar vermogen vergeestelijkt, dat het bewust de juiste verhouding tot de materie aanneemt. Dat het niet haar slaaf, maar haar meester wordt. De mens mag zich niet laten verontrusten door zaken die alleen zuiver werelds zijn. En daarom moet hij steeds weer strijden met wat hem voortdurend in het nauw zal brengen en wat hij moet overwinnen, doordat hij zich er van afwendt, de blik naar boven richt en God tot de inhoud van zijn gedachten maakt. Dan wijkt alles wat hem bezwaart van hem. Dan ervaart hij de macht en kracht van God en hij voelt zich onder Zijn hoede geborgen. Dan wijken ook alle schaduwen van wereldse zorgen. Dan vertrouwt hij zich toe aan Zijn liefde en genade en hij vindt rust in God.

Maar de waarheid moet al op hem hebben ingewerkt. Hij moet God hebben herkend en Hem liefhebben, omdat anders de ziel zich niet met de geest zou kunnen verenigen en dan het lichaam de ziel meetrekt in de aardse strijd. Daarom is het eerste doel van de mens in de waarheid te staan, omdat dan op een juist herkend Wezen wordt aangestuurd en het bewuste aansturen op God de vereniging van geest en ziel tot gevolg heeft.

Amen

Traductor
Traducido por: Gerard F. Kotte