La esencia cumple su propósito si decide servir: porque el servicio en el amor es el fin último de todo lo que ha surgido de Dios. Entonces el servicio ya no es un estado de humildad, sino que el amor ahora convierte el servicio en un estado de máxima felicidad. Todos los seres de luz necesitan el influjo del poder divino para poder ahora darles a los seres lo que les falta es inmensamente satisfactorio para los seres cuyo estado de perfección los hizo capaces de recibir y llevar el influjo divino y que, en su amor, solo quieren distribuir y así servir por su amor sobremanera grande.
Cada criatura a la que se les permite inundar con su poder de amor les es, por así decirlo, confiada para su felicidad y protección. Y cuidan con especial amor a los hijos de la Tierra que han expresado su deseo de recibir fuerza de Dios. Siempre están listos para éstos, no dejarán pasar ningún llamado, su voluntad de servir es interminable, quieren dar y ayudar constantemente a quienes necesitan ayuda.
Porque éste es el amor que quiere redimir, que quiere liberar algo que está atado, es decir, sirve al ser atado para que se libere del poder de su vencedor.... El amor no pregunta por recompensa ni por éxito, sólo está dispuesto a servir, es el servicio que demuestra la más profunda humildad en la Tierra, en la eternidad de indescriptible dulzura; no es un estado degradante, es una reverencia real que se inclina en profundo amor, elevando lo que yace en la Tierra y conduciéndolo a las alturas....
Este servicio es igual a gobernar porque el amor profundo es la fuerza impulsora. Por tanto, en la Tierra el servicio en amor es el único camino hacia la perfección, aunque en la Tierra la humildad debe acompañarlo para poder vivir en la gracia de Dios. El hombre debe descender a las profundidades más profundas por su propia voluntad para alcanzar la altura más alta.... Pero todos los seres encontrarán el estado de servicio tanto menos humillante cuanto más avancen en su desarrollo superior, cuanto más el ser se forma al amor, cuanto más feliz es la conciencia de poder ayudar, porque reconoce tanto la necesidad del ser no redimido como también sabe de la indescriptible felicidad del ser que recibe la fuerza divina y se le permite seguir distribuyéndola....
amén
TraductorHet wezenlijke vervult zijn doel voor zover het tot dienen besluit. Want een dienen in liefde is het hoogste doel van alles, wat uit God voortgekomen is. Dat dienen is dan niet meer een door deemoed veroorzaakte toestand, maar de liefde maakt het dienen nu tot een staat van de hoogste gelukzaligheid.
Alle lichtwezens hebben de aanvoer van goddelijke kracht nodig en nu de wezens te kunnen doen toekomen wat hen ontbreekt, is mateloos gelukkig makend voor de wezens, wier volmaakte staat hen in staat stelde tot de ontvangers en dragers van de goddelijke aanvoer te laten zijn en die in hun liefde steeds alleen maar uit willen delen en zodoende uit enorme liefde willen dienen.
Elk schepsel dat ze met hun liefdeskracht mogen doorstromen is voor hen als het ware tot hun gelukkig making en het schepsel is aan hun bescherming toevertrouwt. En ze accepteren heel bijzonder liefdevol de mensenkinderen, die hun wil om kracht uit God in ontvangst te willen nemen, bekendgemaakt hebben. Voor hen staan ze steeds klaar. Ze zullen geen roep ongehoord weg laten sterven. Hun wil om te dienen eindigt nooit. Ze willen onophoudelijk geven en degenen helpen, die hulp nodig hebben.
Want het is de liefde, die zou willen verlossen. Die iets, wat gebonden is, bevrijden wil. Die zodoende het gebonden wezen dient en daarmee uit de macht van zijn overwinnaar bevrijdt. De liefde vraagt niet naar loon of resultaat. Ze is louter tot dienen bereid en het dienen, dat op aarde de diepste deemoed bewijst, is in de eeuwigheid van onnoemelijke zoetheid. Het is geen vernederende toestand. Het is een koninklijk neerbuigen in diepe liefde, opheffend wat op de grond ligt om het naar boven te leiden. Dit dienen staat gelijk aan heersen, omdat diepe liefde de drijfveer is.
Daarom zal op aarde het dienen in liefde de enige weg naar volmaaktheid zijn, ofschoon op aarde de deemoed erbij moet komen om binnen de genade van God te leven. De mens moet uit eigen beweging afdalen naar de diepste diepten om de hoogste hoogten te bereiken. Maar alle wezens zullen de dienende toestand des te minder als vernederend ervaren, naarmate ze zich verder opwaarts ontwikkelen, want hoe meer het wezen zich tot liefde vormt, des te gelukkiger makend is voor dit wezen het bewustzijn om te kunnen helpen, omdat het zowel de nood van het niet-verloste wezenlijke herkent, alsook het onnoemelijke geluk van het wezen, dat goddelijke kracht ontvangt en voortdurend uit mag delen.
Amen
Traductor