“El principio de todas cosas soy Yo”....
Tomad esto en consideración cuando os entre la más mínima duda acerca de la creación de todo aquello que veis a vuestro alrededor.
Teniendo en cuenta que mi Poder es suficiente para dar vida a todos los seres, proyectándolos desde mi Centro hacia fuera, ¿de qué genero tendría que ser una fuerza que a mi Voluntad creativa pudiera oponerse con una voluntad destructiva comparable? Ya tendría que ser una segunda divinidad la que a mi lado entrara en acción - una divinidad cuyas fuerzas se manifestarían contrarias a mis actividades.
Por supuesto, el hombre que se imagina la Divinidad como un ser imperfecto, en su imaginación aún puede añadirle muchos dioses de parecida índole.... Pero ahí se verá que él no tiene ni la menor idea de la verdadera Divinidad que es la única - la que ha creado todo y domina todo....
Todo aquel que quiere reconocerme debe §§creer§§, y como ser creado debe someterse a su Creador.... Entonces se le aparecerá una Luz en la que me verá como Soberano de todo el universo, y reconocerá que ninguna fuerza contraria puede actuar en contra de Mí para destruir lo que Yo estoy edificando.
Sólo la transformación material de la Tierra se ha dejado al libre albedrío del hombre, para que este pueda activar su afán creador que Yo también le he puesto en el corazón.
De modo que los hombres pueden actuar absolutamente conforme a su libre criterio, aunque siempre tengan que reconocer su propia insuficiencia, conscientes de que siempre dependerán de la Omnipotencia del Creador y del efecto de las fuerzas de la naturaleza a los que no pueden enfrentarse por cuenta propia.
No hay nada más comprensible que el deseo de sondear a fondo al Creador todopoderoso, pero al otro lado no hay nada más imposible que precisamente esto.... porque la facultad del intelecto humano no basta ni mucho menos para abarcarme - y menos aún lograr atribuirme cualquier forma exterior más aceptable para el intelecto humano.
Ahí se trata de una empresa infortunada que nunca podrá dar un resultado satisfactorio, porque Yo soy, era y siempre seré un Espíritu eternamente insondable que abarca en sí todo lo que contiene el entero universo y al que está subordinada toda la Creación porque esta ha surgido de Él - El que es el principio y el fin de todas las cosas: el Espíritu lleno de Amor de eternidad en eternidad....
Amén.
TraductorIk ben het begin van alle dingen. Neem dat ter harte als de geringste twijfel u bezighoudt over de schepping van alles wat u om u heen en boven u ziet. Als mijn macht dus volstaat om uit Mij ieder wezen in het leven te roepen, van welke aard zou dan de kracht wel moeten zijn die tegenover mijn wil tot scheppen een even grote wil om te vernietigen stelt? Er zou dan naast Mij een tweede godheid aan het werk moeten zijn, wiens blijk van kracht tegen mijn scheppen indruiste.
Wie zich nu de Godheid voorstelt als een onvolmaakt wezen, kan waarlijk nog veel van zulke goden naast deze ene Godheid stellen. Maar van de ene ware Godheid, die alles heeft geschapen en alles beheerst, heeft hij dan nog geen juist beeld. Wie Mij herkennen wil, moet geloven en zich als schepsel aan de Schepper onderwerpen. Dan zal het licht in hem worden en in dat licht zal hij Mij zien als Heerser van het heelal. Hij zal beseffen dat geen tegenkracht kan handelen in strijd met Mij, die daar verwoestend werkt waar Ik schep.
Alleen de materiële omvorming van het aardoppervlak is overgelaten aan de vrije wil van de mens, opdat de scheppingsdrang van de mensen, die Ik eveneens in hun harten heb gelegd, zich kan uiten in daden. Zij kunnen nu als het ware handelen naar eigen goeddunken, maar zullen toch steeds hun eigen ontoereikendheid moeten inzien. En ze zullen altijd op de almacht van de Schepper en op het werkzaam zijn van de natuurkrachten aangewezen zijn en kunnen zich daar niet eigenmachtig tegen verzetten.
Niets is nu begrijpelijker dan het willen doorgronden van de almachtige Schepper, en toch is weer niets onmogelijker. Het menselijke verstand is bij lange na niet toereikend om Mij in heel mijn oerkracht te begrijpen en nog veel minder zal het hem lukken Mij nauwkeurig te omschrijven, dat wil zeggen: mijn zijn en mijn wezen in wat voor vorm dan ook onder te brengen die het menselijke verstand aanvaardbaar lijkt.
Dit is een hopeloze aangelegenheid die nooit een bevredigend resultaat kan opleveren. Want Ik was, Ik ben en zal altijd een eeuwig ondoorgrondelijke Geest zijn, die alles in zich bergt wat heel het universum kan laten zien, aan wie heel de schepping is onderworpen omdat ze uit Hem is voortgekomen en die het begin en het einde is van alle dingen - de Geest die Liefde is van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen
Traductor