Cuando el Espíritu de Dios se despierta en vosotros, lo que hasta entonces estaba muerto vivirá, el alma surgirá y volará hacia lo alto.... abandonará su caparazón, y sólo buscará siempre la luz, y lo que entonces nacerá de esta luz, eso nunca desaparecerá en toda la eternidad.... Y así el Señor ha dado a todos los seres dela tierra la capacidad de acoger el Espíritu divino, siempre que se estimule el deseo y el hombre vea una tarea extraordinaria en su existencia. Debido a que la conexión con el divino Espíritu padre ha de establecerse una y otra vez para lograr la vida eterna, la unificación tendrá que ser precedida por un trabajo laborioso.... el trabajo de clarificación del alma, que se supone que debe acoger el Espíritu de Dios.
Esta clarificación del alma solo puede tener lugar cuando su deseo se aparta de la materia, cuando renuncia voluntariamente a todo lo que antes la fascinaba a cambio de algo mucho más precioso.... para precisamente establecer esta conexión con el Espíritu divino.... Nada puede tener una influencia decisiva sobre el alma, debe reflexionar sobre su tarea desde dentro de sí misma, debe querer progresar en el camino del conocimiento.... debe también poner en práctica su voluntad al mismo tiempo.... para unirse con el Padre celestial. La voluntad así formada permanece entonces siempre subordinada a la voluntad divina....
Después de eso, el espíritu de Dios ya no permite ninguna regresión, pero quien una vez recorrió este camino y finalmente está en la voluntad del Señor, permanece conectado con Él por el tiempo y la eternidad. El Señor nunca dejará ir tal alma de Sí mismo.... los primeros requisitos están cumplidos, y tal alma progresa ahora constantemente hacia arriba y permanece en el divino sol de gracia.... lo único que no debe dejar de hacer es.... llamar la atención a los de su especie sobre los cálidos rayos de este divino sol de gracia.... Porque las tinieblas envuelven a tantos seres infinitamente, que todo ser afortunado por el Espíritu divino debe dirigirse hacia ellos llenos de misericordia, para que la mañana también amanezca sobre ellos y muchos de ellos vayan hacia la luz.
El amor que deis a estos seres será mil veces recompensado por el Señor, porque se trata de salvar a todos estos de la condenación eterna. Y quien haya acogido el Espíritu de Dios en sí mismo, reconocerá cuán indeciblemente difícil es para algunas almas desprenderse de las tinieblas que las envuelve, y si se les acerca amorosamente y se les da, lo que uno es capaz de darles, para que sean recibidos como él en la luz del Espíritu del Señor, para que permanezcan en Él por los siglos de los siglos.... amén
TraductorAls de Geest van God in jullie ontwaakt, dan zal leven wat voordien dood was. De ziel zal opstaan en in beweging komen. Ze zal haar omhulsel verlaten en steeds alleen maar het licht zoeken. En wat dan uit dit licht geboren wordt, zal voor eeuwig niet meer vergaan. En zo heeft de Heer alle wezens op aarde de bekwaamheid gegeven, de goddelijke Geest in zich op te nemen, wanneer het verlangen maar actief wordt en de mens zijn bestaan beschouwt als een buitengewone opdracht.
Aangezien de verbinding met de goddelijke Vadergeest steeds opnieuw tot stand moet worden gebracht om het eeuwige leven te bereiken, zal een inspannende arbeid aan de vereniging vooraf moeten gaan: het werk van een zuivering van de ziel, die de Geest van God immers moet opnemen. Deze zuivering van de ziel kan wederom alleen plaatsvinden, wanneer haar verlangen afgewend wordt van de materie, wanneer ze gewillig alles opgeeft wat haar tot nu toe ketende om dat in te ruilen voor iets dat veel kostbaarder is, om juist in verbinding te treden met de goddelijke Geest.
Niets kan de ziel bepalend beïnvloeden. Ze moet zich uit zichzelf over haar opgave bezinnen. Ze moet willen dat ze vooruitgaat op de weg van het inzicht. Tegelijkertijd moet ze ook de wil om zich met de hemelse Vader te verenigen, omzetten in daden. De wil die zo gevormd is, blijft dan steeds ondergeschikt aan de goddelijke wil. De Geest van God laat daarna geen teruggang meer toe, want wie eenmaal deze weg betreden heeft en eindelijk in de wil van de Heer is, blijft voor altijd en eeuwig met Hem verbonden. De Heer zal zo een ziel nooit opgeven.
De eerste voorwaarden zijn vervuld en zo een ziel gaat nu bestendig opwaarts en blijft in de goddelijke genadezon. Slechts één ding mag ze niet nalaten: haar gelijken opmerkzaam te maken op de verwarmende stralen van deze genadezon. Want de duisternis overschaduwt zo oneindig veel wezens, dat elk mensenkind dat door de goddelijke Geest verblijd is, zich vol medelijden naar hen moet toewenden, opdat de morgen ook voor hen aanbreekt en dat velen van hen het licht tegemoet mogen gaan. Voor de liefde die jullie aan deze wezens doen toekomen, zal de Heer jullie duizendvoudig belonen. Want het gaat erom hen allen te redden van de verdoemenis. En wie de Geest van God in zich heeft opgenomen, zal inzien hoe onzegbaar moeilijk vele zielen zich kunnen losmaken. En hij zal ze daarom liefdevol tegemoetkomen en hun geven wat hij kan, opdat ze net zoals hij in helderheid van geest de Heer opnemen, om tot in eeuwigheid in Hem te verblijven.
Amen
Traductor