Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/9014

9014 Vragen om het toesturen van kracht voor de zielen van de overledenen

13 juli 1965: Boek 94

Als er ooit een gedachte in u boven komt aan een overledene, dan weet u dat dit steeds een vraag is om hulp die u hen zult kunnen verlenen, want geen mens bekommert zich om hen. En wanneer ze nu bij u een licht zien, dan willen ook zij graag verschijnen en door dit licht gesterkt worden, want vaak weten ze niet wat dat licht betekent, in het bijzonder wanneer ze tot nu toe in dwaling waren verstrikt. Dan is slechts een gedachte aan deze ziel voldoende en de uitnodiging, eveneens te verschijnen, om de onderrichting in ontvangst te nemen. Want de nood is groot, in het bijzonder bij die zielen, die geen liefdevolle voorspraak volgt en die ook geholpen moeten worden, dat ze in het bezit van de waarheid komen. Maar eenmaal een bewuste uitnodiging om aan uw onderrichtingen deel te nemen is al voldoende om de zielen voortdurend aan u te binden en het gevolg zal steeds zijn dat ze u niet meer verlaten, dat ze zich bij de grote schare voegen van diegenen die Ik nu ook zelf kan aanspreken.

En u zult voortdurend omgeven zijn door zielen die hun weten willen uitbreiden om weer uit te delen aan degenen die nog minder weten bezitten en die ze ook willen helpen. En het komt er nu op aan dat u hen in kennis stelt van mijn werk van verlossing, want dan pas nemen ze ook dieper weten aan, wanneer ze eenmaal de weg naar Hem hebben gevonden en verlossing kregen van hun schuld. Als voorwaarde hiervoor moeten ze eerst werkzaam zijn in liefde, daar hen dan pas het begrijpen kan worden gegeven, wanneer ze hun wil om liefde te geven zelf weer aanwenden om de zielen te helpen die zich in dezelfde nood bevinden. Dan pas zullen ze zelf steeds dieper doordringen en het zal hen gemakkelijk vallen, zich aan de goddelijke Verlosser over te geven en Hem om vergeving van hun schuld te vragen. Maar dan stroomt hun onophoudelijk het goddelijke woord toe, dan nemen ze het ook aan, om het even waar en hoe het hun wordt aangeboden. Maar juist de eerste stap valt een ziel heel zwaar, tot ze eenmaal de kracht van de voorbede heeft ondervonden die zich dan uit in de verandering van haar wil, die nu ook gemakkelijk te beïnvloeden is en aan de roep van zo'n ziel wordt ook gehoor gegeven.

Let daarom op elk van zulke verzoeken en kom de zielen te hulp die vurig verlangen naar hulp, die zich wel bij veel mensen op aarde in herinnering brengen, echter alleen van diegenen voorspraak krijgen die hen geestelijk kunnen helpen, omdat ze bewust met Mij in verbinding staan en Ik Mij zelf aan hen kan openbaren. En dat mijn woord een enorme uitwerking van kracht heeft, zal iedere ziel mogen ondervinden die eenmaal bij u aangekomen is, want haar positieve ontwikkeling is ook gegarandeerd.

Wanneer Mij eenmaal de gelegenheid wordt geboden, Me tegenover een mens te uiten door het werkzaam zijn van mijn geest, dan staat deze mens te midden van een lichtschijnsel, dat vele zielen aantrekt die gewillig zijn hetzelfde aan te nemen wat u wordt aangeboden en door u ook aan alle zielen die u in uw voorbede opneemt, die dan echter ook niet verloren kunnen gaan. Want dan drijft alleen de liefde tot die zielen u aan en ter wille van deze liefde doe Ik diegenen de kracht toekomen, voor wie u bidt. Ik moet ook in het hiernamaals de wetten laten gelden, waartoe als eerste de vrije wil van het wezen behoort, die niet mag worden aangetast, noch door Mij zelf, noch door mijn tegenstander.

Het gaat erom, dat u - die ook de vrije wil zult moeten achten - alleen liefdevol denkt aan diegenen die nog zwak zijn in hun wil, maar die de kracht van uw voorbede niet kunnen weerstaan en die u daarom zult kunnen sturen in hun wil, die zich daarom tegen u niet meer zullen verzetten, omdat de kracht der liefde hen weldadig raakt en ze hen dan ook onherroepelijk tot u trekt en u op hen nu ook het evangelie van de liefde zult kunnen overbrengen.

Zou u weten hoe vurig uw aanhang (de zielen) mijn woord in ontvangst neemt (nemen), hoe ze voortdurend bemerken dat ze vooruit gaan en hoe dankbaar ze u zijn, die door uw voorbede hen hebt geholpen deel te nemen aan uw onderrichtingen, dan zou u niet ophouden voor al zulke zielen te bidden en uzelf te verheugen in hun vooruitgang, want ook zij beschermen u waar ze kunnen, opdat het ontvangen van het woord niet wordt onderbroken. Uw atmosfeer rondom u wordt ook gereinigd, zodat ze aan geen enkele verleiding door de tegenstander zijn blootgesteld zodra ze u omringen. Daarom is juist uw werkzaamheid zo belangrijk, want u zult toch kunnen bijdragen aan de verlossing van vele zielen, doordat u hun brood en wijn aanbiedt, dus hun de kostelijkste levensdrank en de doeltreffendste spijs doet toekomen. En eens zult u het met innerlijke vreugde gewaarworden, dat u kon bijdragen aan de vooruitgang van hen die zonder voorspraak nog heel lang in de duisternis zouden hebben gesmacht.

Let daarom op elke gedachte die u aan een overledene herinnert. Beschouw het als een roep om hulp die u niet zult mogen afwijzen en roep hem dan bewust in uw nabijheid en de eerste stap naar boven is gezet. Want zodra een mens zich om zo'n ziel bekommert en ten gunste van haar bidt, kan Ik om zijnentwil ook de ziel kracht doen toekomen, wat Mij anders niet mogelijk is omdat het tegen de wet van eeuwigheid ingaat, daar alleen de vrije wil om zoiets kan vragen, die Ik nu echter in de liefdevolle voorbede zie en dan ook die ziel mijn erbarmen schenk en haar nu ook de genade van mijn aanspreken door u kan doen toekomen.

De mensen zouden door voorspraak in liefde al het geestelijke kunnen verlossen. Maar hoe weinige zijn zich hiervan bewust en wat voor een grote macht heeft daarom mijn tegenstander, die alles probeert om zulke verbindingen van de geestelijke wereld naar de aarde te verstoren, maar die niet werkzaam kan zijn wanneer een mens zich in liefde aan Mij overgeeft en Ik deze nu ook zal beschermen. In het bijzonder wanneer Ik door hem ook de zielen in het hiernamaals wil aanspreken, wat mijn tegenstander Mij nooit kan beletten. Want waar de wil is om verlost te worden, daar zullen ook de mensen worden bevrijd van hem die hen lang genoeg geketend hield en wier wapen alleen de liefde is, die hem overwint en waarvoor hij vlucht, omdat ze een deel van Mij is en blijven zal tot in eeuwigheid.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte