Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/6250

6250 Geestelijk keerpunt - De nacht komt naderbij

5 mei 1955: Boek 67

Een geestelijke opbloei op deze aarde zult u mensen niet meer kunnen verwachten, want alle krachten der hel zijn losgelaten die in opdracht van Mijn tegenstander werkzaam zijn en waarlijk grote invloed hebben op de mensen, omdat deze zelf in een mate materialistisch zijn geworden, dat ze niet beseffen wie over hen heerst. Een geestelijk keerpunt op deze aarde kan niet meer plaatsvinden, maar enkelen kunnen nog op de juiste weg worden geleid. Enkelen zullen nog de ommekeer van zichzelf voltrekken en ter wille van deze enkelen wordt nog alles gedaan voordat het einde een feit is. Opvallend echter zal het zijn, hoe snel de mensheid valt, hoe ze steeds meer wegzinkt in de duisternis en het licht mijdt. Opvallend zal het zijn, hoe meedogenloos er wordt gestreden tegen het licht van de waarheid, hoe het ongeloof op de voorgrond treedt, hoe de zonde hand over hand toeneemt, hoe ver van God af de mensen leven, doch Mijn tegenstander aanhangen. En daarom kan er geen uitstel meer komen, omdat er geen vooruitzicht meer bestaat, dat er ooit een verandering plaatsvindt, wanneer Ik Zelf niet deze verandering voltrek - maar op een manier zoals de mensheid het niet wil - doordat Ik aan alles een einde maak en er een nieuw begin aan geef.

De tijdspanne tot aan het einde is buitengewoon kort, maar niemand weet de dag en daarom is ieder lauw in zijn streven. En ook Mijn gelovigen denken niet dat hij zo vlak voor de deur staat, dat ze ijverig voor hun ziel zouden werken. Maar Ik zeg u steeds weer: u staat er vlak voor. Ik moet deze oproep steeds weer voor u laten klinken. Ik moet u aansporen buitengewoon ijverig werkzaam te zijn. Ik moet ook Mijn dienaren verzoeken steeds ijveriger te werken, omdat dit belangrijk is en toch nog redding voor de enkeling kan zijn vóór de ondergang, wanneer het einde komt dat Ik aldoor aankondigde. Het wereldgebeuren moet weliswaar natuurlijk verlopen en dat brengt ook de mijnen in een zekere rust, maar steeds weer zeg Ik u: Het einde is er plotseling, onverwacht breekt de dag aan die anders eindigt dan gewoonlijk, waarop een nacht volgt die eeuwig zal duren en het daglicht alleen weer zal stralen voor de weinigen die de Mijnen zijn en van Mij blijven, ondanks de zware vijandigheden en vervolgingen van Mijn tegenstander.

Weliswaar staat u de tijd van de geloofsstrijd nog te wachten, maar ook deze duurt maar korte tijd, omdat hij uiterst hevig wordt gevoerd, zodat de dag van Mijn komen naar de aarde door de mensen zelf wordt bespoedigd. De gebeurtenissen zullen zeer snel op elkaar volgen en geven toch de mensen wederom de indruk als waren het heel natuurlijke verschijnselen, waaraan ze geen bijzondere waarde toekennen - om welke reden ze deze gebeurtenissen niet in verband willen brengen met het spoedig op handen zijnde einde. Daarom zullen ook de mijnen verrast zijn, want Ik zal komen als een dief in de nacht, wanneer er niemand aan denkt, wanneer het aangekondigde nog ver voor u schijnt te liggen.

Als u mensen het toch eens zouden willen geloven, dat u er alleen maar op wordt gewezen, opdat u zich zult kunnen voorbereiden. Smartelijk zal uw berouw zijn, want u allen doet nog veel te weinig voor het heil van uw ziel. Het leven op aarde is u niet gegeven als doel op zichzelf en elke dag zou op een wijze kunnen worden benut, zodat u een ongelofelijke volheid van licht zou kunnen verwerven, die u onvergelijkelijke gelukzaligheid verschaft in het geestelijke rijk. En eens zult u het inzien en berouwvol denken aan de te weinig benutte tijd op aarde. Maar daar is ten tijde van het einde geen geloof, geen begrip voor te vinden. Er is een geestelijk laag niveau, zoals het bijna niet meer erger kan worden gedacht. Want u mensen overziet niet datgene wat open en bloot voor Mijn ogen ligt. U mensen zult moeten geloven wat u niet kan worden bewezen, en daarbij hoort ook het aanstaande beëindigen van deze periode op aarde, dat geestelijk een grote betekenis heeft.

U zult uw best moeten doen een leven in onbaatzuchtige liefde te leiden, wanneer u niet wilt - of meent niet te kunnen - geloven. En u zult het dan innerlijk voelen dat u een geheel ander tijdperk tegemoet gaat. En u zult niet verloren zijn, want Ik erbarm Me over al diegenen die niet helemaal aan Mijn tegenstander gebonden zijn en Ik help hen in het rijk hierna verder omhoog, wanneer hun aards bestaan nog wordt beëindigd vóór het laatste oordeel. Een buitengewoon donkere nacht komt naderbij. De dag neigt spoedig ten einde, maar nog is er licht. Nog zult u het licht van de dag kunnen benutten en in uzelf een licht ontsteken dat niet meer uit zal gaan. En dan zult u de komende nacht niet meer hoeven te vrezen.

Maar wee u, wanneer u traag bent, wanneer u gelooft dat de dag geen einde heeft. Wee u, wanneer u van de ene dag in de andere leeft zonder aan uw ziel te denken. En u, die de dood niet vreest, omdat u gelooft er dan niet meer te zijn. Ik zeg u, dat u de dood met alle verschrikkingen zult beleven en dat u deze verschrikkingen niet zult kunnen ontvluchten. U zult dan niet meer een eind aan uw leven kunnen maken, want u zult niet kunnen vergaan. U blijft bestaan, ook wanneer u in de toestand van dood zijn bent. U zult kwellingen moeten ondergaan die u niet zult kunnen ontvluchten. Want de geestelijke dood is heel wat erger dan de dood van het lichaam, die voor u ook de poort kan zijn naar het leven van gelukzaligheid. Luister naar Mijn roep van boven. Laat u waarschuwen en vermanen. Laat deze woorden niet onverschillig voor uw oren wegsterven, maar denk u levendig in, welke nood u wacht, wanneer u aan Mijn woorden geen geloof schenkt.

U zult de aankondigingen van het einde voortdurend kunnen volgen, maar alles zal zich zo natuurlijk afspelen dat u wel zou kunnen geloven, maar niet zult moeten geloven. Van het geloof daaraan hangt echter uw gelukzaligheid af, want alleen de gelovige bereidt zich voor. Hij denkt aan Mij en blijft met Mij in verbinding, ook wanneer het werk van het ontbinden begint. Want de vastgestelde periode is dan afgelopen en volgens goddelijke ordening wordt er vervuld wat voorzien is in Mijn heilsplan van eeuwigheid. De aarde wordt omgevormd en met haar al het geschapene, opdat weer al het geestelijke in die vorm wordt ingelijfd, waarin het volgens de toestand van zijn rijpheid hoort. De goddelijke ordening wordt weer hersteld, omdat anders een positieve ontwikkeling van het geestelijke niet is gewaarborgd. Mijn Liefde echter heeft steeds alleen deze positieve ontwikkeling tot doel, die u, Mijn schepselen, weer dichter bij Mij moet brengen.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte