Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/5836

5836 Het Oer-licht van eeuwigheid straalt licht uit

26 december 1953: Boek 63

Mijn volheid van licht zal over u stralen als u maar zonder twijfel in Mij gelooft en u het licht van de eeuwige waarheid van Mij zelf in ontvangst zult willen nemen. Want van het Oer-licht gaat elke lichtstraal uit. Wat echter niet van Mij afkomstig is, is geen licht. Het verspreidt geen helderheid, maar zou alleen maar kunnen verblinden om des te grotere duisternis achter te laten.

Maar Ik, het Oer-licht van eeuwigheid wil helder licht ontsteken in de harten der mensen. Ik wil dat de lichtstraal ze als weldaad zal treffen. Ik wil dat hij hun weg zal verlichten die ze nog op aarde hebben te gaan, opdat ze hem zonder gevaar begaan en zonder te verdwalen. Want ze moeten het doel bereiken. Ze moeten de weg naar Mij vinden. Ze moeten naar steeds helderder licht verlangen om zich uiteindelijk met het Oer-licht van eeuwigheid samen te smelten en eeuwig gelukzalig te zijn. Want licht is leven. Licht is gelukzaligheid. Licht is waarheid. Licht is op de hoogte te zijn van de diepste samenhang van de Schepper met Zijn schepsel. In het licht te vertoeven is een goddelijke toestand die u mensen allen zult moeten bereiken omdat dit uw bestemming is vanaf het allereerste begin.

En zo zult u nu begrijpen dat alleen de band met Mij, het Oer-licht, u de doorstraling van licht verzekert. Want om iets wat van Mij uitgaat te kunnen ontvangen moet het contact met Mij tot stand worden gebracht. U zult dus nooit tot het licht kunnen geraken zolang u zich afzijdig van Mij houdt, zolang u niet in Mij gelooft. Zolang u zich zelf niet opent als vat waarin mijn licht en liefde zich kunnen uitgieten. En dit moet u zelf willen, dat u zich opent, dat u uw hart klaarmaakt tot zo’n vat. Dat u het vormt tot een tempel waarin Ik, het eeuwige Licht zelf aanwezig kan zijn en u nu van binnen zal verlichten. Dat Ik u een licht kan ontsteken dat helder zal stralen en elke hoek zal verlichten.

U zult weer tot het inzicht moeten komen dat voor u verloren ging door uw vroegere zondeval. En u vormt uw hart tot een tempel Gods wanneer u maar mijn geboden zult nakomen, wanneer u mijn geboden van de liefde zult vervullen. Dan zult u alles doen wat u veredelt. U zult uw hart reinigen van onedele begeerten, van ondeugden, zonden en slechte gewoonten van allerlei aard. U zult het zuiveren van alle aanklevingen en versieren met de deugden van de gerechtigheid, barmhartigheid, zachtmoedigheid en vredelievendheid, deemoed en geduld. U zult steeds alleen maar werkzaam zijn in liefde en Mij tot u trekken omdat mijn liefde nu uw liefde niet meer kan weerstaan.

En als u Mij nu hebt gewonnen, kan Ik mijn licht in alle volheid bij u naar binnen doen stralen. En dan zijn voor u ook de poorten naar de eeuwige gelukzaligheid ontsloten. Dan vertoeft u al in mijn rijk, ook wanneer u nog op aarde leeft. En van licht doorstraald gaat u over in het geestelijke rijk. En u zult op de hoogte zijn van alles wat tevoren nog voor u verborgen was, en u zult eeuwig gelukzalig zijn.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte