Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/5174

5174 Het kenmerk van de kerk van Christus - Het werken van de geest

19 juli 1951: Boek 58

De kerk van Christus is geen organisatie, ze is de aaneensluiting van allen die geestelijk streven, van mensen uit elke geloofsrichting die in de liefde leven en in Jezus Christus en Zijn verlossingswerk geloven. Want niet de geloofsrichting toont aan dat zij tot deze kerk behoren, maar de geest die uit de mensen spreekt die er deel van uitmaken. Het moet u ook duidelijk zijn dat God het nooit voldoende vindt als iemand zich bij deze of gene geloofsrichting aansluit vanwege de naam of omdat hij onder de indruk was van de gewoonten en gebruiken die elke organisatie (geloofsgemeenschap) meer of minder laat zien, maar dat God alleen de gezindheid van een mens waardeert. En die kan dus bij iedere geloofsrichting zus of zo zijn, dat wil zeggen: meer of minder beantwoordend aan Gods wil, meer of minder de goddelijke geboden in acht nemend. En toch is alleen dit doorslaggevend of een mens zich tot de kerk van Christus mag rekenen: of door een leven in liefde ook de Geest uit God in de mens is gewekt.

De kerk van Christus is een louter geestelijke organisatie die geen enkele concessie aan de wereld doet, die alleen gebaseerd is op het zielenleven van een mens, op de bewuste wil het geestelijke doel te bereiken dat de mens op aarde gesteld is. De kerk van Christus verenigt alle gelovigen, dat wil zeggen: innerlijk overtuigde aanhangers van Jezus, die zich de goddelijke leer van de liefde tot hun levensdoel maken, die het verlossingswerk van Christus erkennen en geen ander streven kennen dan door de bewuste vereniging met Hem de kracht van de Geest te ontvouwen. Die dus door de goddelijke Geest verlicht worden, wat altijd als bewijs van het lidmaatschap van Zijn kerk zal gelden.

De kerk van Christus heeft geen ander uiterlijk kenteken nodig om herkend te worden als Zijn ware kerk die Hij zelf op aarde heeft gesticht, dan alleen de geestelijke wedergeboorte - die bewezen is door het zich uiten van de goddelijke Geest in de mens. En dit is weer te herkennen aan een verlicht denken, het inzien van de waarheid, het besef van het doel van het menselijk leven, door een sterk geloof en de daaruit voortkomende buitengewone werken, zoals het genezen van zieken, het afwenden van grote aardse nood, het binnenstromen van Gods woord of het gebieden van de elementen tot nut van de medemens.

Steeds zal er een kracht aan het licht komen die van goddelijke oorsprong is als een mens de geestelijke wedergeboorte heeft bereikt. En deze behoort ook tot de kerk van Christus, die buiten iedere kerkelijke organisatie staat maar mensen van iedere geloofsovertuiging tot haar leden telt. Ze is een geestelijke gemeenschap van alle diepgelovige mensen en haar Hoofd is Jezus Christus zelf, met wie ieder lid in innig contact moet treden om in Zijn kerk opgenomen te worden. Want Zijn kerk is iets levends, ze is geen dode vorm die voor de wereld maar in naam bestaat en geen Geest in zich heeft. Zijn kerk is op een levend geloof gebouwd dat door de liefde tot leven werd gewekt.

Daarom zijn liefde en geloof de eerste voorwaarden om tot deze, Zijn kerk te behoren, om welke reden er ook in iedere geloofsrichting mensen tot Zijn kerk behoren, die een levend geloof hebben dat is voortgekomen uit de liefde tot God en de naaste. Al deze mensen verenigt Jezus Christus in Zijn op aarde gestichte kerk, en Hij kenmerkt hen met de gaven van de Geest, ieder naar rijpheid, bekwaamheid en bestemming van zijn arbeid op aarde voor Zijn rijk. Overal waar Gods geest werkt staat een pilaar van Zijn kerk die onoverwinnelijk is en blijven zal tot in alle eeuwigheid.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte