Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/4940

4940 Voorspellingen van de natuurcatastrofe - Dode zones

21 juli 1950: Boek 56

Aan het laatste einde gaat een geweldige gebeurtenis vooraf die alle mensen die het overleven te denken moet geven. Het zal een voorteken zijn van het einde. Een verwoesting in het klein vergeleken bij het laatste werk van vernietiging van deze aarde, maar ook van een omvang zoals de mensheid nog niet heeft meegemaakt zolang de aarde bestaat. Het is een natuurgebeuren dat alle mensen die erdoor worden getroffen of ervan horen in beroering zal brengen. Want de gevolgen van het gebeuren zijn te geweldig om onopgemerkt te kunnen blijven.

Er zullen, wat men noemt, dode zones op het land ontstaan die helemaal geen leven laten zien omdat de uitwasemingen der aarde op deze plaatsen elk leven verstikken. Er zal een duidelijk inwerken van natuurkrachten waar te nemen zijn, zodat dit verschijnsel niet aan menselijke invloed kan worden geweten, omdat Ik zelf Me door deze gebeurtenis wil openbaren, om de mensen het nabij zijnde einde dat zieners en profeten voortdurend in mijn opdracht verkondigen ook geloofwaardig te maken.

Er staat de mensen opnieuw leed te wachten. En dit leed kan hun niet bespaard blijven zolang ze nog de wereld haar tol betalen en aan Mij slechts zijdelings aandacht schenken. Ze moeten Mij zoeken opdat Ik me kan laten vinden. En dat kan alleen maar een gebeurtenis tot stand brengen die niet meer als werk van mensen kan worden verklaard. Ze moeten er een hogere Macht achter voelen en zich in hun aardse nood aan deze Macht toevertrouwen. Maar daarom moeten ze ook aan deze Macht zijn overgeleverd, om tot Haar hun toevlucht te nemen uit eigen aandrang. Ze moeten aards zonder hulp zijn om de hulp van boven duidelijk te bespeuren.

Daarom zal er een geweldige storm opsteken die alles ontwortelt en de lucht injaagt. De aarde zal splijten en van boven tot onder zullen de mensen aan de elementen zijn overgeleverd, waartegen ze niet meer kunnen opboksen omdat hun kracht niet toereikend is. Een ondraaglijke hitte zal de mensen ook tevoren al onbekwaam maken. En suf en onverschillig houden ze de eerste verschijnselen in de natuur bij, tot ze dan hun ernstige toestand inzien en nu bijna met bruut geweld voor hun leven strijden dat ze vrezen te verliezen.

En Ik zal al diegenen die van goede wil zijn bijstaan in hun nood. Ik zal hun inzicht geven, opdat ze mijn heersen en werkzaam zijn in al het gebeuren zien en vanuit dit inzicht ook hun medemensen onderrichten en hen toespreken zich tot Mij te richten, en zij hun van mijn liefde, wijsheid en almacht verkondigen opdat ze naar Mij roepen als ze in gevaar zijn.

En Ik wil hun Leider zijn. Door alle nood heen zullen gered worden die in Mij geloven en Mij willen dienen in de laatste tijd voor het einde. Want na dit gebeuren volgt ook in korte tijd de ondergang van de oude aarde, zoals het geschreven staat.

Maar de mensen moeten deze ondergang niet onvoorbereid meemaken. En daarom laat Ik er een schaduw aan voorafgaan. Een laatste aanwijzing die moet worden geloofd opdat de mensen niet het eeuwige verderf ingaan, opdat ze zich in veiligheid kunnen brengen als ze hun wil maar op de juiste manier gebruiken.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte