Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/4742

4742 Aansporing om ijverig te arbeiden voor het rijk Gods

18 september 1949: Boek 54

Onvermoeibaar zult u werkzaam moeten zijn voor Mij en mijn rijk, dan vervult u uw taak op aarde naar mijn wil en dan zult u ook het aardse leven de baas worden. U zult niet hoeven te vrezen niet aan de wereldse verplichtingen te kunnen voldoen, want het aardse leven zal slechts bijzaak zijn, waar aan het geestelijke leven meer aandacht wordt geschonken.

Wees ijverig bezig voor Mij en mijn rijk, dat wil zeggen probeer uw medemensen kennis te geven van het door Mij op u inwerken. Probeer ze in waarheid te onderrichten en maak hen opmerkzaam op het einde en op de tekenen van de tijd. Bekommer u om de toestand van de ziel van uw medemensen en laat ze onder ogen zien hoe onbeduidend en broos de goederen van de wereld zijn en hoe ze hun ziel karig bedenken omdat ze hun taak op aarde niet kennen. Uit u tegenover allen die Ik op uw pad leid. U bent door Mij in de waarheid onderwezen en dus in staat als voorvechter van de waarheid onder de mensen te werken. Het is een mooie taak die Ik u heb toegewezen en ze zal een zegenrijke uitwerking hebben op uzelf, zoals ook op de medemensen, want de gevolgen gelden niet alleen voor het leven op aarde, maar voor de eeuwigheid. Wijd u met ijver aan deze taak en doe alles wat gunstig is voor de verbreiding van de waarheid die u van Mij hebt ontvangen. Word niet lauw in uw arbeid voor Mij en mijn rijk, maar weet, dat overal dorstige en hongerige zielen verlangend wachten op het voedsel dat u hun zult moeten aanreiken door het brengen van datgene wat Ik u van boven doe toekomen.

En denk aan die zielen en u breng de naastenliefde in praktijk bij die mensen, want hun ziel heeft behoefte aan voeding uit de hemelen, ze hebben spijs en drank nodig om sterk te worden voor de weg omhoog. Wees onafgebroken bezig, want de tijd dringt om ijverig te werken in mijn wijngaard. De zielen zijn in nood, ze lijden gebrek. Omdat er teveel aan het lichaam wordt gedacht en aan de behoeften ervan, wordt de ziel vergeten. Sta daarom de zielen bij, richt het denken van de mensen op de toestand van hun ziel, op een plotseling einde en op het lot na de dood. Neem elke gelegenheid te baat om geestelijke gesprekken te voeren en zo de mensen aan te sporen tot nadenken. En u verricht dan de arbeid waarvoor Ik u als knecht in dienst heb genomen en Ik wil u zegenen, nu en in de eeuwigheid.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte