Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/4641

4641 Geestelijke wedergeboorte

17 mei 1949: Boek 53

Het beslissende moment in het leven op aarde is het bewuste richten van de wil op God, want dit ogenblik is het begin van het veranderen van de ziel. Het is in zekere zin het keerpunt, de beginnende terugkeer van het eens gevallene naar God. Hoe eerder nu deze bewuste wilsrichting in het leven van de mens werkelijkheid wordt, des te grotere volmaaktheid kan hij bereiken voor zijn heengaan. Maar het is ook mogelijk in korte tijd tot een hoge graad van rijpheid te komen als de mens pas laat tot het inzicht komt dat hij als schepsel van God de aaneensluiting met Hem moet nastreven. Dan kan hij de verandering van zijn ziel met versterkte wil tot stand brengen en eveneens nog geheel rijp worden.

En zo zal elk gebeuren in het menselijk leven alsmaar aanleiding zijn tot de verandering van de wil. Heeft deze echter de juiste richting ingeslagen, dan is er geen vrees meer dat de ziel terugvalt in de duisternis, want God zelf trekt haar nu tot zich, zodra ze eens haar wil om naar Hem te komen heeft laten blijken.

Deze wilsbeslissing, het bewuste richten van de gedachten op God, is in zekere zin ook de geestelijke wedergeboorte van de mens, want de ziel gaat een nieuw leven binnen. Ze leeft niet alleen voor de aards materiële wereld, veeleer dringt ze dieper door. Ze zoekt de waarheid en zal ze vinden, omdat God zich als de eeuwige Waarheid nu te kennen geeft, omdat Hij nu door middel van gedachten inwerkt op de ziel die naar Hem verlangt.

Een nu zo wedergeboren ziel moet als een teer plantje worden gekoesterd en verzorgd. Ze moet met de lichtste kost in leven gehouden worden en langzaam gesterkt en krachtig gemaakt, tot ze zich zelf in het leven weet te redden en nu de weg van de positieve ontwikkeling moeiteloos kan afleggen.

De wilsverandering is de daad van de wedergeboorte. Daarmee heeft ze de weg betreden die naar het eeuwige leven voert, ofschoon deze nog veel gevaren en hindernissen - wereldse verzoekingen en moeilijkheden - bieden kan, echter door een krachtige ziel overwonnen wordt.

Het gaat er nu alleen maar om of de ziel deze vereiste kracht wordt bezorgd, of dat ze gebrek moet lijden en haar daarom de weg naar boven moeilijk valt. Dit is weer alleen een aangelegenheid van de wil, maar een wil die zich eens naar boven, naar God heeft gekeerd, wordt ook door God vastgepakt en voortdurend gunstig beïnvloed, zonder echter gedwongen te worden.

De doeltreffendste invloed nu is het woord Gods dat kracht en leven in zich bergt en de wedergeboren ziel zal voeden en haar helpt rijp te worden. Een mens wiens ziel is wedergeboren, zal ook steeds geopend zijn om het goddelijke woord te ontvangen, hetzij in rechtstreekse vorm door het horen of lezen van goddelijke openbaringen, of ook door verbinding met de Oerbron van de wijsheid middels gedachten, door bewuste verbinding met Hem, Die de eeuwige Waarheid zelf is.

Hij zal steeds vaker in de stilte gaan, dat wil zeggen tot zelfbeschouwing overgaan, en zijn gedachten zullen, beïnvloed door boven, de juiste richting nemen. Zijn ziel zal voeding ontvangen en toenemen in licht en kracht.

De mens wiens ziel is wedergeboren, zal echter ook in liefde leven. Want dit is de uitwerking van de juist gerichte wil. En dus moet hij rijpen en de voltooiing tegemoet gaan, zoals het zin en doel is van zijn aardse bestaan, zodra hij zich in vrije wil heeft losgemaakt van de macht die hem geketend hield en waaraan de mens zich zelf moet ontworstelen, waartoe hem echter steeds de genade en kracht van boven ter beschikking staat, die hij benutten zal tot geestelijke wedergeboorte.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte