Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/4000

4000 De inhoud van de bijbel is de leer van de liefde

16 maart 1947: Boek 49

De geest in u moet u onderrichten, anders blijft u zonder kennis. Hij kan echter pas werkzaam worden wanneer u in de liefde leeft. En daarom bestond mijn missie op aarde als mens vooreerst in het overbrengen van de goddelijke leer van de liefde, want deze moest eerst door het naleven ervan de mens zo omvormen dat de geest in hem actief kon worden en er dan pas verdere geestelijke bemiddeling mogelijk was. Maar de mensen waren in de tijd van mijn aardse leven zo ver van de liefde afgeweken, dat zij steeds weer en indringender op de gevolgen van hun liefdeloosheid gewezen moesten worden. Het gebod van de liefde moest hun steeds weer worden voorgehouden en slechts weinigen kon Ik met diepgaande kennis vertrouwd maken.

Maar deze kennis algemeen tot de mensen te brengen zou niet wijs van Mij geweest zijn, omdat kennis zonder liefde een dode kennis blijft, zonder uitwerking. Daarom zijn ook de aantekeningen van mijn discipelen volgens mijn wil in een vorm bewaard gebleven waarbij weliswaar diepgaande kennis achterwege blijft, maar die toch de leer van de liefde tot inhoud hebben. En wie deze leer navolgt, die dringt ook in een diep weten door als hij er ernstig naar verlangt.

Ik zelf heb wel op aarde kennis in overvloed uitgedeeld, maar Ik kende ook de harten van mijn toehoorders. Ik kende de gradatie van hun liefde, hun wil, hun mening omtrent mijn persoon, die voor mijn toehoorders aanleiding was het hun aangebodene als de enige waarheid aan te nemen. Ik onderwees ook mijn discipelen en stelde hen in staat door het uitgieten van mijn geest na mijn hemelvaart weer hetzelfde aan hun medemensen over te brengen wat zijzelf door de geest ontvingen. Dus was er ook goed gezorgd voor de mensen aan wie de discipelen het evangelie brachten. Maar omdat een leven in de liefde altijd de voorwaarde is om diepe geestelijke kennis te begrijpen en er de zegen van te ondervinden, moest het gebod van de liefde verder doorgegeven worden aan het nageslacht. En daarom werd dit in mijn opdracht door de discipelen opgeschreven, opdat het bewaard bleef zoals het door Mij op aarde onderwezen werd.

En ook mijn levenswandel, die alle mensen tot voorbeeld moest dienen, was inhoud van de notities die voor de mensheid als nalatenschap van mijn discipelen bewaard bleven, waarbij echter het diepe weten ontbreekt omdat Ik het zo wil. Want wie de kennis uit het boek wil halen, dat wel mijn woord bevat, maar de liefde niet heeft, die zal er niets mee weten aan te vangen, omdat het geestelijk weten het licht is dat door de liefde wordt ontstoken, dat eerst dan kan stralen in z'n volste intensiteit, wanneer de geest in de mens gewekt is en nu de mens van binnen uit verlicht wordt. Schools overgedragen kennis zou alleen waarde hebben, als ze onderzocht en verwerkt kan worden om mentaal eigendom te worden, wat echter altijd alleen maar met de hulp van de geest mogelijk is, om welke reden de liefde absoluut onontbeerlijk is.

Wat is dus begrijpelijker dan dat door Mij zelf op aarde alsook door de volgens mijn wil ontstane aantekeningen, steeds alleen de liefde onderricht werd, dat steeds alleen het gebod van de liefde als het eerste en voornaamste aan de mensen moet worden bekend gemaakt? Wat is begrijpelijker dan dat de mens niet vaak genoeg gewaarschuwd kan worden dit gebod op te volgen, om tot zielenrijpheid te komen?

Alle verdere kennis is alleen het gevolg van een leven in liefde en wordt aan de afzonderlijke mens overgebracht, zoals het voor hem van nut is. Want zodra zijn geest werkzaam is geworden, kan hij onbeperkt kennis ontvangen, want hijzelf bepaalt de gradatie van wijsheid waarin hij leven wil. Hij hoeft ze dan niet uit boeken aan te nemen, maar ze wordt hem rechtstreeks vanuit het geestelijke rijk aangeboden, wat echter alleen maar die mens kan begrijpen die door het navolgen van mijn gebod van de liefde de geest in zich heeft doen ontwaken, wat nooit begrepen zal kunnen worden door hen die zonder liefde verder leven en hun kennis alleen uit boeken proberen te halen. Dit is echter alleen maar dode kennis. De geest geeft echter pas het leven, het volledig begrijpen komt pas door de liefde.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte