Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2388b

2388b De komende gebeurtenis - De ingreep van God - Tijd van nood (2)

29 juni 1942: Boek 32

Slechts weinig mensen zullen uit dit gebeuren, dat zich met korte tussenpozen driemaal zal herhalen, voordeel trekken voor hun ziel. Het zal de mensen van hun denkvermogen beroven, want het is zo kolossaal dat elk overleg wegvalt en alles in een woeste wanorde geraakt. Alleen Zijn kinderen behoedt de Heer duidelijk, want Hij heeft ze naderhand nodig om voor Hem werkzaam te zijn. Die tevoren in vol vertrouwen tot Hem bidden om kracht en versterking, zal Hij ook kracht en versterking doen toekomen als ze deze nodig hebben. En of het ook lijkt dat alles verloren zou zijn: Hij leidt al het gebeuren en weet waarom Hij zo'n rampspoed over de mensen laat komen en Hij zal er ook een eind aan maken als het tijd is. De kracht van het geloof moet zich in de tijd erna tonen. Want voor diegenen die gelovig zijn betekent dit gebeuren een bevestiging van het goddelijk woord en met volledige zekerheid en overtuiging komen ze dan op voor hun geloof en ze zullen onoverwinnelijk zijn. Hoe minder aards bezit de mensen bezwaart, des te ontvankelijker zullen ze zijn voor het goddelijk woord en daarom verwoest God dat wat voor hen hinderlijk is op de weg omhoog. Naderhand zal er onvoorstelbare ellende zijn onder de mensen en toch zouden ze dit zelf kunnen verminderen, door hun wil om elkaar te helpen.

En God zegent elk in liefde werkzaam zijn voor de naaste en Hij helpt de mensen de aardse nood te verdragen. Want wat God neemt kan Hij ook weer terug geven als de mens het nodig heeft. Doch zijn hart moet zich er los van maken, hij moet in het aardse bezit niet het voornaamste op aarde zien. Veeleer moet hij inzien dat dit onbeduidend en vergankelijk is, maar dat de verbinding met God alleen het middel is dat kracht schenkt en troost geeft om het zwaarste leed te kunnen verdragen. Dit gebeuren is sinds eeuwigheid vastgesteld; wil het toch de laatste reddingsmogelijkheid zijn voor talloze mensen die de verkeerde weg bewandelen, die alleen in het aardse opgaan en daarom wakker geschud moeten worden om serieus over de zin en het doel van het aardse leven na te denken. Maar slechts een klein gedeelte zal daar voordeel uit trekken. De anderen echter zullen zich met toegenomen ijver weer de oude levensomstandigheden verschaffen en ze zullen elk middel goed vinden om zich weer aards bezit te verschaffen. En dat is de tijd waarin - als dit begint - het woord Gods hier tegenin moet worden gebracht, waarin de mensen zich zullen scheiden in diegenen die alles weggeven om alleen God trouw te kunnen blijven en in de anderen die alles verwerpen wat geestelijk is en daarentegen de wereld met haar bezit begeren met toegenomen verlangen. En dan strijden openlijk de krachten van het licht tegen de machten van de duisternis.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte