Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2361

2361 Het beƫindigen van de worsteling der volkeren

6 juni 1942: Boek 32

Een geweldige worsteling der volkeren neemt een einde volgens goddelijk raadsbesluit. Dit is geenszins in overeenstemming met de wensen der volkeren, veelmeer zullen deze met ontzetting de afloop zien, die helemaal tegen hun verwachtingen ingaat.

Maar de wil van de mens is machteloos waar Gods Wil Zich uit. En elke dag ervoor betekent voor de mensen nog een geschenk, als ze deze dagen benutten voor hun zielenheil, doordat ze zich van de wereld afkeren en zich op God willen richten, voordat God Zich duidelijk kenbaar maakt.

Onnoemelijk zwaar leed heeft de mensen al getroffen en toch slechts weinige dichter bij de eeuwige Godheid gebracht. Want de mensheid schenkt geen aandacht aan wat God haar toedraagt, maar wat de wereld haar biedt. Ze gebruikt dus de genade Gods niet, maar probeert onophoudelijk aards goed te vermeerderen. En zelfs waar have en goed van de mensen wordt verwoest, is hun hele streven er alleen op gericht het verlorene terug te krijgen.

En des te verbitterder wordt de worsteling tegen elkaar, die nooit meer aards kan worden uitgevochten en daarom door God moet worden beƫindigd, wil het niet tot een algehele ondergang leiden en tot volledige goddeloosheid. Want het ontbreekt de mensen aan het geloof in een rechtvaardige en wijze God, daar ze anders aan het wereldgebeuren al zouden moeten herkennen, hoever de mensheid zich van God heeft verwijderd en waarom een dergelijk wereldgebeuren van God uit werd toegelaten.

Want Zijn Wil verhindert de wil van de mensen niet uit te voeren wat ze hebben opgeroepen door hun liefdeloosheid. Maar de komende gebeurtenis zal grote twijfel laten boven komen over het bestaan van een godheid, die zelf vernietigt wat ze door haar macht heeft geschapen. Maar alleen daar zullen twijfels opduiken, waar de mens niet in liefde werkzaam is. De liefdevolle mens daarentegen zal verlicht zijn en weten dat er niets kan geschieden zonder Gods Wil, dus zal hij in de gebeurtenis een zending van God zien. En hij zal weten, dat niets zonder zin of doel over de aarde wordt gezonden en dat alles op de een of andere manier de ziel tot heil kan strekken.

Ook hij zal sterk worden aangegrepen door de grootte van het gebeuren. Maar hij zal ook inzien, dat de mensheid moet worden wakker geschud uit haar verder leven zonder geloof, opdat ze zich bezint en een andere levenswandel gaat om dichter bij God te komen. En gezegend is hij, die uit deze komende gebeurtenis nog zijn voordeel haalt voor zijn ziel. Want deze verliest niets, maar wint alleen, ofschoon zijn aards bezit wordt verwoest. Hij heeft daardoor God gevonden en oneindig meer verkregen dan hij heeft prijsgegeven.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte