Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2354
2354 Ware volgelingen van Christus – Een leven in liefde
31 mei 1942: Boek 32
Mijn ware volgelingen zijn van Mijn geest doordrongen en als ze in Mijn naam tekenen en wonderen doen, werk Ik Zelf door hen. En hun levenswandel moet dezelfde zijn als Mijn gang over de aarde als mens. Het moet dus een leven in werkzame liefde zijn en als ze nu Mijn leer prediken en Mij aanroepen ter bevestiging van dat, wat ze onderwijzen, zullen ze ook net als Ik werkzaam kunnen zijn, dus wonderen volbrengen aan die mensen, die de waarheid van hun zending herkennen.
Maar als er mensen komen in Mijn naam en de wereld het heil willen brengen, als ze zich voor Christus uitgeven, maar niet ook als Christus leven, zullen ook hun tekenen en wonderen niet echt zijn. Dat wil zeggen niet een werkzaam zijn met behulp van kracht uit Mij, maar de mensen zullen krachten van de natuur kunnen benutten, hun vaardigheid echter niet openlijk bekennen en de mensen in het geloof laten dat hen als afgezanten van God alle krachten ter beschikking staan, opdat ze een grote aanhang krijgen en ze hun aardse macht kunnen vergroten.
Want de valse Christussen en de valse profeten zoeken alleen maar erkenning, roem en eer van de kant van de mensen. Ze streven naar de rijkdom van de wereld en naar aanzien. Ze geven God niet de eer, maar ze proberen Hem te verdringen en zichzelf in Diens plaats te stellen. En daaraan zult u, mensen, hun activiteiten herkennen, dat ze wel in Mijn naam prediken, maar niet in Mijn naam tekenen en wonderen doen, die werkelijk als wonderen te bestempelen zouden zijn.
Want iedereen zal valse wonderen kunnen verrichten, maar verrichten willen alleen maar die mensen, die volledig zonder geloof zijn, dus in de nauwste verbinding staan met de vorst van de duisternis, die zijn macht gebruikt om de wil van de mensen volgzaam te maken. En dit gebruik van de wil brengt dingen tot stand, die voor de mens wonderen lijken, zolang hij zich in geestelijke duisternis bevindt.
Amen
Vertaald door Peter Schelling