Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/2281
2281 Het werkzaam zijn van lichtwezens aan bereidwillige aardse mensen
29 maart 1942: Boek 32
Uit het lichtrijk dalen wezens naar de aarde af en ze houden zich in de nabijheid van die mensen op, die hun harten openen voor de liefdesuitstraling uit God. Zodra de mens zich in gedachten of in innig gebed met God verbindt, is zijn hart geopend voor deze uitstralingen en nu kunnen de lichtwezens werkzaam zijn en de tot ontvangen bereidwillige aardse mensen de uitstraling uit God doorgeven. Ze zijn door de wil van God bezield. Ze denken en willen niets anders dan wat God wil en zodoende zullen ze nu ook de mensen overeenkomstig de wil van God met licht en kracht bedenken.
Het werkzaam zijn van de lichtwezens aan de aardse mensen bestaat er nu in, dat ze hun gedachten onophoudelijk beïnvloeden en hen naar geestelijke zaken proberen te leiden, opdat ze zodoende het denken vergeestelijken. Dat wil zeggen van aardse zaken afleiden. Zodra de lichtwezens dit lukt, is een ziel gewonnen voor de eeuwigheid, want een mens, die zich eenmaal met geestelijke gedachten bezighoudt, vindt in een aardse belevenis geen vreugde en zodoende heeft hij ook het verlangen naar de materie overwonnen. En zijn ziel gaat de rijpe toestand tegemoet, want ze verenigt zich met de geest in zich, die voortdurend met de lichtwezens als gevers van kracht en licht in verbinding staat. De ziel heeft deel aan de geschenken, die door de lichtwezens de geest aangeboden worden. Ze ontvangt licht en wordt wetend.
Het is een groot succes, dat de lichtwezens behalen, als ze een mens op deze manier zo vergeestelijkt hebben, dat diens gedachten zich onophoudelijk met geestelijke vragen bezighouden, zodat ze naar God streven en weinig belang hechten aan aardse gebeurtenissen. Want een zo vergeestelijkt mens zal nu eveneens proberen op zijn medemens in te werken en zo de lichtwezens hun werkzaamheid op aarde makkelijker maken, doordat hij de medemens opmerkzaam maakt op de waarde van het geestelijke streven, daardoor diens gedachten op geestelijke zaken richt en dus samenwerkt met de wezens van het licht.
Amen
Vertaald door Peter Schelling