Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1572

1572 Geweldige omwenteling als gevolg van een verkeerd leven

18 augustus 1940: Boek 25

Een geweldige omwenteling van jullie gewone leven zal het gevolg zijn van jullie verkeerde levenswandel, die niet overeenkomt met de wil van God. Jullie beschouwen niets, wat jullie naar God zou kunnen leiden, als belangrijk, maar wel alles, wat jullie van Hem verwijdert. Jullie denken steeds alleen maar aan wereldse voordelen en verliezen daarbij elk vermoeden van de waarde van een juist denken en het diepe geloof in God. Het doel dat jullie nastreven, heeft niets met God te maken. Jullie hebben daarvoor werkelijk geen geloof in Hem nodig en jullie kunnen dus niet juist denken, want jullie denken leidt niet naar het eeuwige leven.

Maar Jezus Christus zegt: “Wie in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven”. Het enige levensdoel is om voor het eeuwige leven te zorgen. Juist te denken betekent voor dat doel te leven, de opdracht uit te voeren en alles te doen, wat bevorderlijk is voor de opwaartse ontwikkeling van de ziel.

De levenswandel van degene, die zichzelf een ander doel stelt, is enkel maar een verkeerde, want zijn denken is verkeerd, dus niet door God, maar door Diens tegenstander geleid. En dat vereist tegenmaatregelen van de zijde van God, opdat de mens zich bewust wordt van zijn verkeerde denken en probeert zijn verdere levenswandel te veranderen.

Maar een verandering van zo’n verkeerd denken brengt een gebeurtenis tot stand, die zo ongewoon is, dat het niet onopgemerkt blijft. Het moet alle gemoederen prikkelen. Het moet zelfs onverschillige mensen aanleiding geven tot nadenken. Hij moet in ieder geval hard getroffen worden. Dat wil zeggen dat zijn huidige opvattingen daardoor een erge slag te verduren moeten krijgen. Hij moet nu proberen in verbinding te treden met dat, wat hij tot nog toe als niet aantoonbaar afgewezen heeft. Hij moet God zoeken, opdat hij Hem vindt en aan Zijn genaden deelachtig wordt.

Jullie kunnen je deze gebeurtenis niet voorstellen, want het neemt alles wat jullie bezitten van jullie af. Jullie zullen niets meer van jezelf mogen noemen, dan het geloof in God, als jullie dat hebben. Maar dit is meer waard dan al het aardse bezit, want wie God echt innig smeekt om Zijn zorg, die zal Hij dit ten deel laten vallen en Hij zal de Zijnen zichtbaar uit de nood leiden, die de gebeurtenis over de mensen brengt.

Het leven met zijn gerieflijkheid is voorbij. Nu wordt het mensenkind geconfronteerd met de ernst van het leven, waartegen het volledig opgewassen kan zijn als het God maar om hulp smeekt en moedig de strijd tegen de nood en bitterheid van het bestaan aanbindt. Alleen dat, wat de eeuwigheid betreft, is van waarde. Maar al het andere kan weggenomen worden, omdat het alleen maar hinderlijk is voor het wezen, dat te zwak is om uit eigen beweging de weg te gaan, die naar boven leidt. Maar God helpt allen, die naar Hem roepen, want Zijn liefde laat niet ten onder gaan, wat de wil naar boven in zich draagt. Hij zal deze wil sterken en jullie mensen kracht geven om te overwinnen.

Amen

Vertaald door Peter Schelling