Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/1518

1518 Verspreiden van de zuivere waarheid – Dwaalleren

12 juli 1940: Boek 24

Het is zonder enige waarde om voor de verspreiding van een leer, die niet meer overeenkomt met haar oorspronkelijke staat, zorg te dragen. En daarom zal juist aan die mensen, die op aarde onderrichtend optreden, opheldering gegeven moeten worden, want zij zetten zich voor een lering in, die niet meer dat is, wat ze in het oerbegin was.

Er is wel een zekere voorzichtigheid geboden, opdat niet iedereen die onderwijst, zich voelt als iemand die zich vergist, want het kan zijn dat degene, die zelf overeenkomstig de wil van God leeft, eveneens de waarheid van de onwaarheid kan onderscheiden en hij kan overeenkomstig hiermee goed onderwijzen, ofschoon hij deel uitmaakt van een gemeenschap, wiens leer al van de zuivere leer van Christus afwijkt.

Zijn wil om God te dienen, beschermt hem voor verkeerde leringen, want hij staat in de genade en de wijsheid van God wordt hem medegedeeld, voor zover hij namens God spreekt. Zijn woorden zullen steeds door de Heer gezegend worden. Ze zullen ook een diepe indruk achterlaten bij degenen die horen, terwijl de niet door God gewilde leringen alleen daar instemming vinden, waar de wil van de mens naar de waarheid niet aanzienlijk is. Daar kunnen wel ook kostelijke gaven geboden worden, zonder door de mensen herkend te worden, als dat, wat ze zijn.

Maar de onderrichtende krachten moet de zuivere waarheid toegestuurd worden, want het is hun taak om veel mensen te onderwijzen en daarvoor is het nodig, dat ze goed in staat zijn om de waarheid van de onwaarheid te kunnen onderscheiden. En toch kan hun alleen op deze manier hier opheldering over gegeven worden. En ze zullen ook dan nog afwijzen, als ze geen zoekende en sterk waarheidlievende dienaren van God zijn. Deze hebben zichzelf aangeboden om Gods woord onder de mensen te prediken. Daarom moet God Zijn woord tegen elke misvorming beschermen.

En Hij zal dit doen, als de toehoorder Hem oprecht vraagt om in de waarheid te staan en dus gelovig het woord van God in ontvangst neemt. God zal hem de waarheid en kostbare kennis geven. Want het is Zijn wil om de mensen de waarheid binnen te leiden en daarom moet Hij zowel de onderwijzers als ook de toehoorders zorgzaam behoeden voor dwaling. En daarom wordt Zijn woord onophoudelijke degenen, die de wil hebben om verkondigers van de waarheid uit God te zijn, toegestuurd. Aan hen openbaart de Heer Zichzelf zo, dat ze de waarheid herkennen en zich daar nu voor inzetten. Zodat ze degenen die dwalen, onderwijzen en derhalve de goddelijke leer zuiver en onvervalst verspreiden.

Amen

Vertaald door Peter Schelling