Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/0382

0382 Weerstand tegen het kwaad door het verlangen naar God - Geest van het licht - Woord van God als wapen

19 april 1938: Boek 9

Degene die steeds zijn blik naar boven heft, weerstaat de duistere machten. Een enkele gedachte aan de Heiland en jullie zijn door Hem verlost uit een dergelijke macht. Want onmiddellijk ontstaat er dan een diepe kloof tussen jullie en deze macht, aangezien alles, hemel en hel, aan de Heer ondergeschikt is. De vijand rekent erop in jullie een gewillig schepsel te vinden waarop hij alle ondeugden en begeertes kan overdragen om het dan in zijn macht te krijgen. Maar als er tegen hem de geringste weerstand ontstaat doordat het hart van de mens zich verlangend naar de Heiland toekeert, dan is alle macht van het kwaad gebroken. En zonder schade te hebben opgelopen, is hij van de boze krachten bevrijd.

Aan de macht van het kwaad zullen jullie echter moeten herkennen hoe waakzaam jullie moeten zijn, opdat de strijd om de vooruitgang van jullie ziel niet vergeefs is. Geef voorrang aan de goede geestelijke wezens die jullie omgeven. Laat jullie door hen beschermen en laat jullie lichamelijke omhulsel en jullie ziel aan hen over. Dan zullen de machten van de duisternis het moeilijk met jullie hebben. Ze zullen vergeefs proberen jullie zuiverheid aan te tasten of jullie volgzaam te maken aan jullie (hun, de uitg.) schandelijke lusten. Denk bij elk gevaar aan de Heiland, dan hebben jullie reeds degene die jullie graag in het verderf wil storten, overwonnen.

En daarom is het voor de korte tijd van het aardse bestaan steeds geboden het Woord van God na te komen, dat jullie door zichzelf de kracht geeft en tegelijkertijd de bescherming is tegen het kwaad. Want het is jullie door God gegeven, opdat jullie het rijk van God bereiken. Derhalve moet het tegelijkertijd ook het beste wapen zijn in de strijd tegen de duisternis die toch de meest tegenwerkende kracht is van de eeuwige zaligheid. Pas daarom vooral op voor hetgeen tegen de leer van God gericht is en wat de mensen in geestelijke duisternis wil plaatsen en hun zo de ware inzage in het onophoudelijke liefdeswerk van de Heer wil ontnemen.

Waar dichte duisternis heerst, zal de tegenstander steeds aanhang vinden. Want de tegenstander schuwt alles wat naar het licht streeft. En wanneer jullie de Vader innig om opheldering van jullie geest vragen, dan wordt de macht van het kwaad steeds meer gebroken, hoe inniger in het mensenkind het verlangen naar geestelijk licht overheerst. De duisternis heeft immers nog nooit gezegevierd over het licht.

Zo is het aan jullie mensen nu ook voorbehouden de weg van het licht of van de duisternis te betreden. En het moet jullie allen tot waarschuwing dienen, dat de Heer alleen in het licht bij jullie is, maar dat er in de duisternis andere machten heersen. En daarom moet jullie streven steeds alleen op het licht en de eeuwige Godheid gericht blijven, als jullie aan de macht van het kwaad willen ontsnappen en door de Vader Zelf in bescherming genomen willen worden. De Geest van het licht en de waarheid zal steeds over alles heersen wat aan de duisternis onderworpen is. De wijzen zullen echter streven naar licht en wanneer dit hun gegeven is, blijven ze gevrijwaard tegen alle aanvallen van de vijand. En ze zullen de wereld voor altijd overwinnen.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte