Bron: https://www.bertha-dudde.org/nl/proclamation/7923

7923 Het op de hoogte zijn van Gods wil – Verantwoordelijkheid.

19 juni 1961: Boek 83

U wordt door Mij aangesproken omdat u op de hoogte zult moeten zijn van mijn wil. Er moeten u richtlijnen worden gegeven volgens welke u uw levenswandel zult moeten leiden zolang u op aarde vertoeft. U zult dus mijn wil te weten moeten komen en er moet u ook opheldering worden gegeven welke gevolgen het nakomen van mijn wil heeft, evenals het niet nakomen. U zult moeten weten wat Ik van u verlang en waarom Ik dit verlang. En dan moet u uit vrije wil handelen, dat wil zeggen: of mijn wil aanvaarden of ook tegen mijn wil in uw levenswandel leiden en dan ook zelf de gevolgen dragen, zowel van de juist alsook van de verkeerd gerichte wil. Maar u bent vrij in uw beslissing. U zult niet worden gedwongen tot dit of dat besluit, tot deze of gene leefwijze. Maar u beslist over uw lot in de eeuwigheid en draagt daarom een grote verantwoordelijkheid.

Zou het weten van mijn wil u niet worden voorgehouden, dan kon u ook niet ter verantwoording worden geroepen, maar u zou ook moeilijk het doel op aarde bereiken: uw vroegere volmaaktheid die voor u verloren ging doordat uw wil en handelen in strijd was met mijn wil, doordat u geen acht hebt geslagen op mijn wil. Want mijn wil is niets anders dan de wet van de eeuwige ordening. Mijn wil is dat u zich voegt naar deze wet waarvan het grondbeginsel de liefde is. Laat u het grondbeginsel in u doorbreken, dan zult u zich aan mijn wet van de ordening aanpassen. Dan zult u mijn wil vervullen, u zult u vrijwillig onderwerpen aan mijn wil. Ontbreekt u de liefde, dan staat u buiten mijn wet van de eeuwige ordening. Dan staat u ook buiten de stroomkring van mijn liefde. U bent van Mij gescheiden. U bent onvolmaakt omdat bij volmaaktheid de liefde hoort die u echter afwijst zoals eens toen u van Mij bent afgevallen.

U bent bij het begin van uw belichaming als mens zonder weten en daarom doe Ik zelf u het weten toekomen over uw verhouding tot Mij, en ook omdat u tegen Mij zondigde, omdat u mijn wil niet nakwam, omdat u het beginsel van de goddelijke liefde minachtte en bijgevolg uit de eeuwige ordening bent getreden. Daarom stel Ik u in kennis van mijn wil. Daarom spreek Ik u aan door mijn woord. Daarom verlang Ik van u het aanvaarden van mijn wil, van de eeuwige ordening. Daarom schrijf Ik u een levenswandel voor naar mijn wil. Maar Ik dwing u niet deze te leiden, want Ik laat u uw vrije wil.

Maar voortdurend preek Ik u één ding: de liefde. Want van uw wil om lief te hebben hangt alles af. Van uw wil om lief te hebben alleen hangt ook uw bereidwilligheid af mijn wil te vervullen en u te onderwerpen aan de wet van de eeuwige ordening. Want wat u nu doet, dat doet u vrijwillig zodra de liefde u daartoe aanzet. Dus is "werkzaam zijn in liefde" mijn wil die Ik u voortdurend voorhoud. Het werkzaam zijn in liefde is de wet van de eeuwige ordening. Werkzaam zijn in liefde is de weg om het doel te bereiken, want werkzaam zijn in liefde bezorgt u ook de kracht datgene uit te voeren wat u zult moeten doen om u te vervolmaken. En Ik zal daarom nooit ophouden u door mijn woord op de hoogte te brengen van mijn wil. Ik zal u voortdurend de liefde prediken en u de uitwerking van een leven in liefde voor ogen houden. Ik zal steeds trachten u aan te sporen u te onderwerpen aan de wet van de eeuwige ordening, in uzelf de liefde te ontsteken en tot een heldere vlam te laten worden.

Mijn woord zal u opheldering geven over het doel van uw aardse leven en Ik zelf zal u steeds volgen met mijn liefde opdat uw liefde voor Mij wordt ontstoken. En dan zal het grondbeginsel van de liefde uw hele wezen bepalen. U zult een helder licht verkrijgen, dat wil zeggen: u zult inzien om welke reden u de gang over de aarde aflegt en welk doel u gesteld is. U zult verheugd zijn door dit inzicht en ijverig streven naar volmaaktheid. Want zodra eenmaal de liefde in u ontstoken is verbindt u zich door de liefde ook met Mij. En dan zult u Mij eeuwig niet meer willen opgeven en Ik zelf zal u met mijn liefde vasthouden. Ik zal Me met u samensmelten, omdat dit uw vrije wil is. En er zal geen scheiding meer bestaan, want in mijn eeuwige ordening te zijn binnengegaan betekent overeenkomstig het beginsel van de goddelijke liefde te scheppen en werkzaam te zijn met Mij en volgens mijn wil, en eeuwig gelukzalig te zijn.

Amen

Vertaald door Gerard F. Kotte